NVM: ‘Grond zal verder in prijs stijgen’

Jan van LiereSinds de wederopbouwperiode na de Tweede Wereldoorlog blijkt steeds weer dat voor beleggers grondbezit op langere termijn het beste rendement oplevert. Die stelling onderschrijft Van der Waaij. Hij wijst erop dat het daarbij niet zozeer gaat om de pachtopbrengsten, maar vooral om de indirecte waardestijging, gekoppeld aan het feit dat de eigenaar geen onderhoudskosten heeft en niet hoeft af te schrijven.
De makelaar vertelt over een gesprek, kortgeleden, met iemand die 50 hectare verpachte grond had geërfd. In verpachte staat brengt dat nu wellicht zo’n 30.000 euro per hectare op. ‘Zijn vader had het dertig jaar geleden, eveneens verpacht, voor 4.000 gulden per hectare gekocht. Dat is goed beleggen.’
‘Grond geeft ook een stuk zekerheid’, voegt Van der Waaij toe. Hij doelt niet alleen op het risico van beleggen in aandelen, maar ook op de vraag hoe riskant het is om je geld bij een bank te stallen. ‘Het is nu weer minder, maar de afgelopen jaren was dat toch een tijdlang onderwerp van gesprek. En dan kwamen ze toch nogal eens tot de conclusie: doe mij maar grond.’

Akkerbouw en melkveehouderij

Het belangrijkste deel van de vraag naar grond komt toch steeds vanuit de agrarische sector. Ook op dit moment is er een goede vraag, met name vanuit de akkerbouw en de melkveehouderij, constateert Van der Waaij. Dat heeft volgens hem zeker te maken met de relatief goede inkomens. ‘Maar ook de veranderingen in de mestwetgeving en de afschaffing van de melkquotering spelen een belangrijke rol. Investeren in grond geeft boeren zekerheid voor de toekomst.’
Voor de prijsvorming van landbouwgrond is het gestaag kleiner wordende areaal een belangrijke ondersteuning. CBS-gegevens tonen aan dat de terugloop de afgelopen paar jaar minder hard ging dan in het verleden. De verwachting is dat het areaal landbouwgrond de komende periode afneemt met gemiddeld zo’n 4 procent per jaar. In de afgelopen dertig jaar was dat gemiddeld 8 procent.
‘Het gaat minder hard dan in de tijd van gekte toen alles werd volgebouwd’, bevestigt Van der Waaij. Hij wijst op de trend om in stedelijke gebieden door herinrichting ruimte vrij te maken voor woningbouw en om bestaande bedrijventerreinen beter te vullen. ‘Er wordt kritischer omgegaan met de invulling van de ruimte. Ook is de tijd van de grote natuuraankopen voorbij. Maar toch gaat er elke dag grond vanaf. En Nederland wordt niet groter.’
Het brengt Van der Waaij tot de conclusie dat ook de komende jaren een verdere prijsstijging is te verwachten. ‘Agrarische grond is nog steeds relatief goedkoop, 5 tot 6 euro per vierkante meter. Dat is de prijs van een goede fles wijn.’
De makelaar erkent dat het bij aankoop van bijvoorbeeld 30 tot 40 hectare wel om een miljoenenbedrag gaat. ‘Maar ik verwacht zeker een verdere stijging, al kan ik niet voorspellen hoe snel dat zal gaan. Dat is afhankelijk van verschillende factoren, onder meer de inflatie.’
De afgelopen tientallen jaren waren veel makelaars ook actief in de handel in melkquotum. Met de opheffing van de melkquotering in 2015 valt dat weg. Van der Waaij noemt dat ‘niet dramatisch’ voor de makelaardij.
‘Het komt niet als een verrassing. Het bedrag dat voor melkquotum wordt betaald, is bovendien al steeds minder geworden. Makelaars die een relatie hebben opgebouwd met melkveehouders die quotum wilden bijkopen, kunnen dat nu wellicht benutten voor bemiddeling bij grondtransacties.’
De voorzitter van de NVM-vakgroep Agrarisch & Landelijk Vastgoed stelt vast dat makelaars steeds belangrijker worden als kennispartner van de boer en tuinder. ‘Als het gaat om de toekomst van het bedrijf, om mogelijkheden om uit te breiden of af te bouwen, dan heeft de makelaar heel veel kennis in huis. Dat maakt de relatie tussen ondernemer en makelaar waardevol.’