Vleesvee: onderscheiden en toch samen

Pieter StokkermansVoorzitter Leon Moonen van LTO-vakgroep Vleesveehouderij is trots op de sector: ‘De Nederlandse rundvleesketen voorziet in een groeiende behoefte van de consument aan herkenbaar vlees van topkwaliteit. Wel moeten we hiervoor ons vlees onderscheidend positioneren in de markt.’
Moonen beseft dat er werk aan de winkel is. ‘We zijn weliswaar koploper als het gaat om dierenwelzijn, duurzame bedrijfsvoering, voedselveiligheid en tracering en borging, toch wordt nog altijd op grote schaal rundvlees geïmporteerd dat niet aan die hoge eisen voldoet. Dit geeft een oneerlijke concurrentiepositie.
Voor ons als sector de uitdaging om de meerwaarde ten opzichte van het importvlees te laten zien. Dat kan middels transparantie, zoals in de vorm van de open dagen die volgend weekend worden gehouden.’
De toekomstvisie van LTO schetst een beeld van kansrijke ontwikkelingen, waarin de sector kan aanhaken om zich te verbeteren en te profileren. De visie is onderverdeeld in de vier hoofdthema’s markt, omgeving, welzijn en Europa.
Kwaliteit blijft de basis voor een goede marktafzet. Een deel van het vlees wordt immers afgezet in het hogere segment: bij horecagelegenheden, maar ook bij de ambachtelijke slager of in supermarkten, eventueel met een regionale uitstraling.
Belangrijke voorwaarden hiervoor zijn korte lijnen, samenwerken met collega’s en ondernemers in aanverwante branches en moderne netwerken, onder meer om het kennisniveau te verhogen en te komen tot nieuwe concepten. ‘Binnenkort zijn er brainstormavonden samen met leden en keurslagers om samen de regionale productie op te pakken’, vertelt Moonen.
Vleesveehouder Henk Broeders in Berkel-Enschot is succesvol op dit vlak. Hij is de oprichter van Bief Select, een vleesveeketen met een eigen afzetkanaal bij restaurants, slagers en supermarkten. Hij ziet kansen voor nieuwe netwerken. ‘Door met elkaar als één team aan een A-merk te werken, aan een transparant, duurzaam, diervriendelijk en eerlijk product, hebben we wat te bieden. De keuze is aan de consument.’

Omgeving

Een ander speerpunt in de toekomstvisie is de omgeving. De sector zet in op natuurbeheer, een extensieve en milieuvriendelijke bedrijfsvoering met voldoende ruimte en een positief imago voor de sector.
Onder meer provincie Limburg heeft hier ervaring mee, weet landbouwgedeputeerde Patrick van de Broeck van die provincie: ‘Het mes snijdt aan twee kanten. De sector heeft goede ideeën en daar moet ruimte voor zijn. Bijvoorbeeld door het bouwen van een stal in de buurt van een natuurgebied.’
Ook welzijn is een belangrijk onderwerp in de toekomstvisie, weet Moonen. ‘We leveren een gezond en veilig product. Dat hebben we hoog in het vaandel.’

Europa

De vakgroepvoorzitter verwacht verder veel uitdagingen in Europa. ‘Terwijl we een voorbeeld vormen voor collega’s in andere landen, wordt onze inkomenspositie mede dankzij het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) er niet beter op. Op zich is het goed dat de subsidies gelijk worden getrokken in Nederland, maar dat zou in heel Europa moeten gebeuren. We merken dat de Nederlandse overheid hier nauwelijks een boodschap aan heeft.’
De vakgroep pleit voor een heldere inventarisatie van de verschillen in regelgeving, de handhaving tussen de verschillende lidstaten en de consequenties hiervan. ‘Verder richten we onze pijlen op een eerlijke financiële waardering voor verduurzaming en natuurbeheer binnen het GLB’, besluit Moonen.