Goed boeren met gezonde veestapel

Eerder op de dag was hij samen met zijn vrouw Anke nog in Nuenen bij het mountainbike-evenement Gulbergen 24. De familie had een huurperceel ter beschikking gesteld voor het parkeren van auto’s. Een week eerder stonden in Someren loodzware grasoogstmachines op hun terrein tijdens de Agrarische Dagen Someren (15.000 bezoekers).
Met een twinkeling in zijn ogen vertelt Frans over de landing van een Chinook-helikopter, eind juni, op zijn graslanden. Een spectaculaire oefening van de luchtmobiele brigade. ‘Twee militairen kwamen bij mij vragen of ze voor een oefening hier mochten landen. Ze vroegen ook hoe dat melken van koeien ging. Ik heb ze meteen mee de stal in genomen en de melkrobot uitgelegd. Dat vonden ze natuurlijk fantastisch om te zien.’
Frans (‘net voor de zevende keer 39 geworden’) en Anke (43), die ook als dierenartsassistente werkt, boeren aan de Kraaiendijk in Someren. Naast ruim 100 melkkoeien hebben ze 95 stuks jongvee. Op 50 hectare eigendom en een kleine 20 hectare huurgrond verbouwen ze gras en maïs.
Frans is opgegroeid in Nuenen waar zijn opa een gemengde boerderij begon. Zijn vader specialiseerde zich in melkvee. Na de MAS in Helmond en de praktijkschool Rundveehouderij in Horst stapte Frans al op twintigjarige leeftijd in de maatschap. ‘Mijn broer ging ‘boeken eten’, ik wist van jongs af aan al dat ik boer wilde worden.’
In 1994 betrok hij samen met zijn kersverse vrouw Anke de bedrijfswoning. En vier jaar later, toen de verbouwing van de boerderij net was afgerond, besloot het echtpaar naar Someren te verhuizen. Frans: ‘In Nuenen zaten we dicht tegen het dorp aan. In die tijd werd druk gespeculeerd dat de gronden uiteindelijk gebruikt zouden worden voor woningbouw. Een aannemer heeft onze grond gekocht en wij konden in Someren een melkveebedrijf overnemen. We hebben nooit spijt gehad van de verhuizing. In Nuenen hadden wij geen plek om te boeren.’

Weidegang

In Someren is volop ruimte rond de woning en stallen. De koeien lopen buiten. Anke: ‘Een bewuste keus. We liggen aan een drukke fietsroute en mensen vinden het mooi als er koeien buiten staan. Zelf genieten wij er ook van en het is goed voor de dieren. Als een koe goed gemolken is, mag ze naar buiten. De automatische hekken zijn zo afgesteld.’ In de warme zomermaanden gaan de dieren vaak ’s nachts de wei in.
Een gezonde veestapel is een groot goed, vindt het echtpaar. Het zorgt voor een beter bedrijfsresultaat en meer plezier in het werk. ‘Als één koe ziek is, kun je daar meer werk aan hebben dan aan tachtig koeien melken’, weet Frans. ‘We zijn ons in de loop der jaren meer gaan richten op preventie. Het kan natuurlijk altijd beter, maar we zorgen voor een gezond klimaat en goed voer en hebben veel aandacht voor diergezondheid.’
Die kennis en ervaring betalen zich terug. ‘Laatst waren op een avond twee koeien aan het bevallen. Ik ben anderhalf uur later gaan kijken en toen lagen er twee gezonde kalfjes in het stro. Je voelt als het goed gaat en dan is ingrijpen niet nodig. En mocht het toch niet vanzelf gaan, dan kan ik altijd de veearts inschakelen.’

Beeldvorming boer

Al pratende loopt de temperatuur aan de keuken-tafel behoorlijk op. Anke en Frans zijn trots op hun bedrijf en tegelijkertijd hebben ze het gevoel dat ze steeds vaker moeten uitleggen hoe ze boeren. ‘Met de beeldvorming op tv, in kranten en zelfs op school valt het voor de burger niet mee om een objectief oordeel te krijgen van de landbouw waar wij zo trots op zijn. Nederland is wereldwijd het beste jongetje van de klas. Op het gebied van voedselveiligheid kun je nergens anders veiliger je melk, vlees, eieren, groente en fruit kopen dan in Nederland’, zegt Frans.
Anke vult aan: ‘Alleen met gezonde dieren en planten kun je een goede bedrijfsvoering hebben. En voor ons geldt dat natuurlijk ook. Gezonde dieren worden drachtig. We doen zo ons best. Het is jammer dat we dat respect niet vaker van de burger en overheid voelen. Wij willen best uitleggen en laten zien wat we doen.’