GLB-miljoenen naar weidevogel

Mike SchellartDat blijkt uit stukken van provincie Zuid-Holland waar de Statencommissie Groen & Water woensdag over debatteerde. In 2016 komt er een nieuw stelsel voor het agrarisch natuurbeheer. Zeven Zuid-Hollandse collectieven van agrarische natuurverenigingen en gebiedspartijen gaan dit beleid uitvoeren.
De provincie stelt hiervoor 3,1 miljoen euro beschikbaar. Dat bedrag wordt vanuit Europees geld uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid verdubbeld. Alleen collectieven kunnen aanspraak maken op deze subsidie. De provincie heeft de regie.
Zuid-Holland zet het geld vooral in op groei van de populatie weidevogels in de veenweiden. Het aantal vogels loopt al enige jaren terug.
Akkervogels komen op de tweede plaats, tot teleurstelling van voorzitter Janneke Zevenbergen van Stichting De Rietgors op de Hoeksche Waard. Zij wees tijdens haar inspraak woensdag op het jarenlange succes van de Hoeksche akkerranden. ‘Het randenbeheer draagt bij aan de waterkwaliteit en verbetert de biodiversiteit.’ Ook vinden akkervogels veel voedsel in de randen.
Zevenbergen wil een ‘evenwichtige benadering’ van weide- én akkervogels. ‘Ook de patrijzen op de Hoeksche Waard hebben het moeilijk.’
Zevenbergen kreeg steun van enkele politieke partijen, maar gedeputeerde Han Weber merkte op dat de prioriteit bij weidevogels ligt om de gestelde doelen te behalen. ‘Ik wil niet dat de 6 miljoen straks 5 miljoen wordt’, aldus Weber. ‘De akkervogel komt pas aan bod als er geld uit de pot voor weidevogels over is.’

Bewijzen

VVD-Statenlid Arie-Pieter Noordermeer wees erop dat de nieuwe aanpak voor het agrarisch natuurbeheer zich in zes jaar moet bewijzen, terwijl de provincie stelt dat het vijf tot tien jaar duurt ‘eer het nieuwe stelsel zijn vruchten afwerpt’.
LTO Noord stelt dat de 6,2 miljoen nog niet vastligt. ‘Het gaat om een indicatieve verdeling van de landelijke pot geld voor het agrarisch natuurbeheer. Die pot wordt pas verdeeld als de collectieven definitief gevormd zijn en dat is nog niet het geval’, aldus beleidsadviseur Andries Middag van LTO Noord Regio West.
‘De manier waarop landelijk beschikbare potjes met geld verdeeld worden, lijkt pokergedrag te bevorderen. Oftewel, als Zuid-Holland veel vraagt, krijgen we meer dan wanneer we weinig vragen, maar dat maakt vervolgens ook dat er allerlei dingen opgetuigd kunnen worden die niet noodzakelijk zijn.’