‘Er ging een wereld voor ons open’

De vonk sprong over tijdens de BioVak in Zwolle. ‘We waren daar om ons te oriënteren op de biologische landbouw en het voelde direct goed’, weet Angelique Heesakkers nog als de dag van gisteren. ‘Andere beurzen waren allemaal zo gericht op schaalvergroting en automatisering. Schaalvergroting is niet iets voor ons. Dat hebben we ons natuurlijk echt wel afgevraagd. Maar een grote stal met robots? Nee.’
John Heesakkers had al langer oren naar een mogelijke omschakeling ‘Ik volgde cursussen van onder andere Pion en Boeren en Biodiversiteit. Zo kwam ik in contact met bodemdeskundigen en leerde ik mijn grond nog beter kennen. Achteraf past de keuze voor biologisch ook veel beter bij de droge zandgrond die wij beweiden. Met grasklaver vergroot je het organische stofgehalte en bodemleven in de grond.’
Maar hoe logisch de keuze ook leek, het vergde best veel aanpassingen en tijd voordat de biologische facelift van de Janmiekeshoeve was voltooid. ‘Het hele omschakelingsproces duurt ongeveer twee jaar’, legt Heesakkers uit. ‘Je hebt alleen al twee jaar nodig voor de grond. Vanaf het voorjaar van 2011 strooien we geen kunstmest meer. Dat was best een lastige tijd omdat je al wel kosten maakt en veel energie in de grond stopt, maar er nog geen hogere melkprijs voor hebt. Gelukkig hadden we al klaver in ons grasland.’
In de loop der jaren kochten de melkveehouders grond bij. De huiskavel is 34 hectare en in totaal hebben ze 55 hectare, waarvan een gedeelte wordt gepacht, in gebruik. Hiervan is 21 hectare kruidenrijk grasland met uitgestelde maaidatum op stukken grond van natuurorganisaties en Brabant Water.

Grasklaver

De omschakeling betekent voor de bedrijfsvoering ook meer weidegang, de maïsteelt moest letterlijk het veld ruimen voor grasklaver. De ondernemers telen zelf rogge en gerst en kopen biologisch krachtvoer. De mest van de tachtig koeien kunnen ze grotendeels kwijt op eigen grond en bij Brabants Landschap. ‘Het kleine beetje overschot zet ik af bij een biologische tuinder in de buurt. Het jongvee besteed ik uit aan collega-bioboer Piet Bongers in Zeeland. Een maand voor het afkalven komen ze hier weer terug’, legt Heesakkers uit.
Parallel aan de omschakeling gingen de melkveehouders aan de slag om hun bedrijf beter op de kaart te zetten bij de burger. De naam Janmiekeshoeve ontleenden ze aan het feit dat de zandverstuiving, op een steenworp afstand van de boerderij, vroeger in de volksmond de Janmiekesberg werd genoemd.
‘Deze boerderij is sinds eind achttiende eeuw eigendom van de familie van Johns oma, de familie Dirks’, vertelt Angelique Heesakkers. ‘De zandverstuiving hoorde bij de boerderij en is vernoemd naar voorouders van John. Vandaar dat we op de naam Janmiekeshoeve zijn gekomen. We vinden het leuk voor de herkenbaarheid en een stukje cultuurhistorie is ook belangrijk.’
De bedoeling is om het bedrijf en de gronden open te stellen voor iedereen die daar interesse in heeft. Zo heeft er al een MelkSalon plaatsgevonden, waarbij de deelnemers in de natuur zuivel proeven. ‘We willen graag transparant zijn’, zegt Angelique Heesakkers.
‘We hebben wandelroutes aangelegd langs landschapselementen. Denk ook aan excursies, concerten of een kok die buiten gerechten klaarmaakt. We zijn volop aan het pionieren.’
Al deze inspanningen leverden de melkveehouders vorige maand de onderscheiding ‘Groen bedrijf van de maand’ van provincie Noord-Brabant op. Los van deze eretitel geeft de nieuwe bedrijfsvoering hun vooral veel voldoening. Het feit dat ze nu zo bewust bezig zijn met hun bedrijf, de omliggende natuur en de historie, zorgt ook voor meer verbondenheid met hun voorgangers.

Volgende generatie

‘De wortels zitten heel diep. We hebben het gevoel dat wij dit in bruikleen hebben en willen het graag in goede staat doorgeven aan de volgende generatie’, licht Angelique Heesakkers toe. ‘Of dat een van onze drie dochters zal zijn? Het zou mooi zijn, maar dat zien we dan wel weer. We zijn in ieder geval zuinig op onze grond. Terug naar de basis, zeg maar. Dat voelt goed. ’