Ondernemers gezocht voor experiment maïsteelt

Arvalis start binnenkort een experiment met ‘Maïsteelt op blijvend grasland’ en is hiervoor op zoek naar geïnteresseerde melkveehouders en loonwerkers in Noord- en Midden-Limburg.

De ervaringen uit de praktijk en het beleid van de laatste jaren botsen steevast met elkaar. Melkveehouders die grasland telen lopen tegen het probleem aan dat ze wettelijk geen grasland op zandgrond mogen scheuren in het najaar om uitspoeling van mineralen te voorkomen. Maar praktisch gezien is het inzaaien van nieuw grasland in het najaar juist veel beter toepasbaar dan in het voorjaar. Inzaai in het voorjaar leidt namelijk tot een veel hogere onkruiddruk, waardoor meer bestrijdingsmiddelen nodig zijn. In het najaar is dit niet het geval.
Bijkomend probleem is dat agrariërs door derogatie genoodzaakt zijn om veel grasland te telen. Met als gevolg dat ze zetmeel uit ruwvoer en/of bijproducten moeten aankopen.
Wanneer het mogelijk is om maïs op blijvend grasland te telen, kan naast gras ook maïs van dezelfde hectare worden geoogst. Het voordeel van deze methode is dat er naast een hogere opbrengst per hectare minder nitraat uitspoelt bij mineralisatie en er dus minder sprake is van structuurbederf.

Afgeleide teeltmethode

Maïsteelt op blijvend grasland is een afgeleide teeltmethode van maïsteelt in stroken. Dit is een methode om maïs te telen na grasland zonder het grasland te scheuren. De maïs wordt ingezaaid met een rijenfrees in doodgespoten grasland. Na de oogst van de maïs wordt opnieuw gras ingezaaid. Het gras wordt doodgespoten omdat het sneller groeit dan de maïsplant en de plant anders wordt overwoekerd.
Met het experiment ‘Maïsteelt op blijvend grasland’ wordt een stap verder gaan. Niet doodspuiten, maar de groei van het grasland tijdelijk stilleggen. Het voordeel van het remmen is dat na de maïsoogst de graszode grotendeels intact is. Na eventuele doorzaai is het mogelijk om in het najaar nog een extra snede gras te oogsten.
Wanneer er in het voorjaar gangbaar bemest wordt, kan er één en in sommige gevallen ook twee sneden gras geoogst worden. Hierdoor wordt naar verwachting tussen de 2.500 en 4.000 kilo droge stof uit gras geoogst.
Vaak hebben melkveehouders rantsoentechnisch te maken met erg veel gras (en dus ook eiwit) en anderzijds een tekort aan maïs (zetmeel/energie).
Het inzaaien van maïs op een perceel blijvend grasland kan ervoor zorgen dat niet 12 ton droge stof door vijf sneden grasland wordt geoogst, maar 5 ton droge stof uit gras en mogelijk 12 tot 15 ton droge stof uit maïs. Dit zorgt voor een toename van het opbrengst potentieel van een hectare grasland.

Start deze winter

Arvalis start deze winter met een aantal melkveehouders en loonwerkers een waardenetwerk dat met deze teeltmethode aan de slag gaat. Het doel is om in 2015 op enkele proefpercelen maïs te telen op blijvend grasland.
Begeleiding van het waardenetwerk is in handen van rundveeadviseur Jacques van Melick. Ondernemers die interesse hebben in deelname of meer informatie willen, kunnen contact met hem opnemen via (06) 57593986 of jvmelick@arvalis.nl.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    14° / 6°
    70 %
  • Zaterdag
    16° / 7°
    70 %
  • Zondag
    15° / 4°
    20 %
Meer weer