‘Veiligheid staat wat mij betreft voorop’

Dit is een groot verschil, merkt De Wildt. ‘Voorheen kon je veel vanuit je eigen belang praten, nu gaat het om draagvlak. Ik vind het prettig dat ik kan sparren met mijn achterban en collega-partijleden. Je hebt ook meer ingangen naar de provincie en de landelijke overheid en dat is natuurlijk wel handig. Ook heb je overleg met de Statenfractie om draagvlak te creëren.’

Evacuatie 1995

De aanleiding voor een bestuurlijke carrière binnen het waterschap was, ironisch genoeg, de evacuatie van het Rivierenland op 31 januari 1995. De Wildt was toen ook al lid van de vrijwillige brandweer en was dag en nacht in touw. ‘Dat maakte veel indruk. Ik kreeg toen meer oog voor de invloed van water en het belang van goed waterbeheer. Ik had sowieso al iets met water, want ik groeide op aan de Maas in Niftrik, waar mijn ouders, naast een boerenbedrijf, een kleine jachthaven hadden.’
Hoewel de dijken ternauwernood standhielden, moest het beleid op de schop om de veiligheid van de vele honderdduizenden bewoners in het Rivierenland in de toekomst te borgen. Veiligheid staat dan ook voorop wat De Wildt betreft. ‘Het werkgebied van Rivierenland bevat 1.070 kilometer aan dijken, van de Duitse grens tot aan Kinderdijk. Dat is een derde van alle dijken die Nederland rijk is. Het is dan ook een moeilijk gebied om de veiligheid te borgen.’
De Wildt legt duidelijk prioriteit bij het verstevigen van het dijkenstelsel in plaats van het creëren van waterbergingsgebieden. ‘Daar ben ik inderdaad voorstander van’, beaamt hij. ‘Het is goedkoper dan gebieden inrichten als waterbergingsgebied of het aanleggen van retentiebekkens.’
Het algemeen bestuurslid vervolgt: ‘De waterschapslasten zijn natuurlijk al behoorlijk gestegen de laatste jaren. Vooral voor de categorie ongebouwd, oftewel de boeren en tuinders. Dus je moet als waterschap zuinig en slim omgaan met investeringen en de vertaling naar de lastenstijging. Ik vind dat de lasten minimaal moeten stijgen, maar dat we wel onze kerntaken goed moeten uitvoeren. Die kerntaken zijn onder andere dijkversterking en een goed functionerend watersysteem.’
Toch zullen er waterbergingsgebieden blijven en waarschijnlijk in de toekomst ook bijkomen om de druk van de ketel te halen bij extreem hoge waterstanden. Dan zullen er ook boerenbedrijven moeten wijken. De Wildt: ‘Als dat het geval is, dan vind ik dat die bedrijven op een nette manier verplaatst moeten worden. En ja, ook het waterschap moet daarin bijdragen.’

Geborgde zetels

In tegenstelling tot de provincies Noord-Brabant en Zeeland speelt in Gelderland de discussie van de geborgde zetels niet. ‘Geborgde zetels is een goed iets’, stelt de waterschapsbestuurder. ‘Als CDA zijn we er dan ook niet voor om aan de poten van de geborgde zetels te zagen. De landbouw ondervindt direct en aan den lijve de voor- én nadelen van ons watersysteem. Daarom verdienen ze de zekerheid om mee te kunnen beslissen.’
Als gekozen bestuurder namens een politieke partij moet de rundveehouder de belangen strikt gescheiden houden. ‘Bij sommige punten merk je natuurlijk dat je een dubbele pet op hebt. Maar dan prefereert altijd het algemeen belang. Ik voer uit wat onze kiezers willen.’