‘We begeleiden alleen, en dat voelt goed’

Nu staat hij bij een perceel zoete aardappelen dat wordt gerooid. Twee mannen met kapmessen verwijderen het loof. Vrouwen rapen de zoete aardappelen bijeen en stoppen ze in zakken.
De eigenaar van het perceel wijst naar het eind van het perceel. ‘Tot aan de houtwal. En aan die kant tot de maïs.’ ‘Een acre?’ gokt Danissen. ‘Ik denk het wel. Ongeveer’, luidt het antwoord. En de opbrengst? ‘Ongeveer zestig zakken. En uit één zak komen zestien sado.’
Een sado is een algemeen erkende maat. De emmer is genoemd naar de verf die er oorspronkelijk inzat. En in één zo’n emmer kan ongeveer 20 kilo. Kortom: of het perceel van deze boer goed of slecht presteert, is moeilijk te schatten.
Het is tekenend voor de situatie bij veel boeren in Afrikaanse landen. Kleinschalige boeren produceren zoals ze dat van hun vader en hun voorouders hebben geleerd. De grootste tekortkoming van kleinschalige Afrikaanse boeren is kennis.
Toch wordt er veel van hen verwacht. De bevolking groeit, dus ook de behoefte aan voedsel. En dan hebben we het nog niet over de stijgende welvaart en de groeiende middenklasse in de uitdijende steden.
Zo’n 80 procent van de Tanzaniaanse bevolking is afhankelijk van de landbouw. Verreweg de meeste boeren doen aan overlevingslandbouw: ze produceren wat ze zelf nodig hebben. Maar met een beetje meer inspanningen kunnen ze een belangrijke bijdrage leveren in de voedselvoorziening en ook op het platteland een economie op gang brengen.

Schrijnender

De tekortkomingen zijn legio. Er is een tekort aan productiemiddelen, logistiek, markttoegang en kapitaal, maar bovenal aan kennis. De armoede is een groot probleem, maar kennisgebrek is misschien wel schrijnender. In het algemeen is er voldoende voedsel in Tanzania, weet Danissen. En zelfs gebrek aan geld is niet de belangrijkste oorzaak van honger.
Het gebrek aan kennis leidt in de praktijk tot de meest uiteenlopende problemen. De vermarkting en de verwerking bijvoorbeeld. Boeren kunnen moeilijk aan uitgangsmateriaal komen. En hebben ze dan toch een behoorlijke opbrengst weten te bereiken, dan zijn ze vaak overgeleverd aan de grillen van de markt en de tussenhandelaren die daar de dienst uitmaken.
Om hier een vuist tegen te maken verenigen boeren zich in coöperaties. Dat doen ze zelf. Het gebeurt volop. Daar hebben ze Agriterra niet voor nodig. En als ze al ondersteuning nodig hebben, dan zijn er genoeg organisaties in het veld die hen daarbij ondersteunen.
Agriterra helpt vooral de coöperaties in Afrika die al een paar jaar bezig zijn en ongeveer duizend leden hebben. Wat zij nodig hebben is structuur. ‘Ze moeten kunnen plannen’, vertelt Danissen. ‘Een begroting kunnen maken. Het is meestal nog te veel trial en error.’ En te veel het maken van schattingen, zoals we bij de boer met de zoete aardappelen zien.

Businessplan

Als boeren hun opbrengsten kunnen meten, hun boekhouding onder controle hebben en gezamenlijk de markt kunnen benaderen, dan kunnen ze een concreet businessplan opstellen om mee naar de bank te stappen. ‘Banken willen boerencoöperaties best een lening geven’, weet Danissen.
‘Maar banken willen duidelijk inzage in de bedrijfsvoering. In de kosten en de opbrengsten.’ Het is voor banken vaak te veel werk om alles inzichtelijk te maken. En het is ook niet hun taak om dit op orde te brengen. ‘Dus dat inzicht leveren wij.’
Duurzaam investeren heeft de laatste jaren een enorme groei doorgemaakt. De vraag is inmiddels groter dan het aanbod. En zo komt het dat bijvoorbeeld de Triodosbank Danissen belt met de vraag of hij geen plekken kent om te investeren.
En Danissen gaat voor de bank op zoek, hij licht organisaties door, brengt hen in contact met partijen die de zaak professionaliseren. Met het doel om uiteindelijk een acceptabel businessplan bij de bank te kunnen afleveren.
Op termijn hoopt Agriterra dit werk ook te doen voor multinationals. Als bijvoorbeeld Unilever 10.000 ton duurzaam geproduceerde soja zoekt. Of maïs of sesamzaad. Dan kan Agriterra de juiste contacten verzamelen.
‘Wij begeleiden deze klanten bij het hele traject. Daarvoor willen we ook betaald worden. Zo wordt Agriterra langzaam zelf ook een commerciële organisatie. En dat voelt goed’, vindt Danissen. ‘Het is prettiger een rol te vervullen die de markt nodig heeft dan bedelen voor belastinggeld voor projecten die mogelijk gaan aanslaan.’

Kritisch

Agriterra helpt boeren te produceren wat de klant vraagt en coöperaties in te richten zodat ze kunnen leveren naar de wensen van de klant. ‘Maar we blijven instaan voor de kleine boeren’, garandeert Danissen.
‘We zullen nooit aan de leiband lopen van multinationals.’ Agriterra blijft een boerenorganisatie die kritisch is op de contracten die coöperaties afsluiten met het bedrijfsleven.
Agriterra is een belangenorganisatie. Dat betekent niet alleen dat het organisaties steunt bij onderhandelingen met de overheid, maar zeker ook met het bedrijfsleven. ‘Als verstrekkende contracten ondertekend moeten worden, halen we er advocaten bij om voor de leden de kleine lettertjes uit te pluizen.’

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    14° / 7°
    70 %
  • Zaterdag
    15° / 7°
    70 %
  • Zondag
    15° / 5°
    20 %
Meer weer