ANV actief met ganzen en akkerranden

Ganzen in foerageergebieden en akkerranden stonden jarenlang hoog op de agenda van de ANV Groene Oogst. Maar door verandering van het overheidsbeleid is de rol voor de ANV op deze twee terreinen kleiner geworden. De ANV laat het daar niet bij zitten.

De ANV Groene Oogst omvat het oosten en het midden van Zeeuws-Vlaanderen. Martin Dekker (65) is voorzitter van de vereniging. Vanuit zijn woonkeuken kijkt hij uit op het Groot Eiland, een bosrijk gebied met rondom weilanden en kreken. Buitenom dit gebied is een groot deel van Staatsbosbeheer; het Groot Eiland zelf is een particulier landgoed.
Dekker is altijd boer geweest. Hij had akkerbouw en zoog-koeien (Belgisch blauwe). Hij heeft het bedrijf nog wel, maar met ingang van dit jaar doet hij het wat rustiger aan.
Van meet af aan stonden ganzen hoog op de agenda van de ANV. In het gebied huizen vooral in de wintermaanden veel ganzen, vooral kol- en grauwe ganzen. Die doen zich tegoed aan de landbouwgewassen. Ze overnachten rond de kreken en in de natuurgebieden en vliegen overdag naar landbouwpercelen in de buurt om daar te gaan eten, tot grote ergernis van de boeren, vanwege de schade aan hun gewassen. De boeren probeerden de ganzen te verjagen en te bejagen. De provincie begrensde daarop een aantal foerageergebieden. Daar konden ganzen rusten en eten, zonder risico dat ze door een schot geveld werden. De gebruikers van die percelen konden een contract sluiten als ze de ganzen hun gang lieten gaan. De schade aan de gewassen werd en wordt vergoed.

‘Iedereen kon er mee leven’

Voor de ANV was er al snel een belangrijke rol bij deze regeling. Want de vereniging regelde veel voor boeren met percelen in de foerageergebieden, legt Dekker uit. Nog voor de zomer hield de vereniging zitdagen waar de boeren konden opgeven op welke percelen in een foerageergebied ze in het najaar graan, graszaad, nieuw grasland of groenbemesters zouden inzaaien. Voor elk perceel werd een contract opgesteld. Die gingen naar RVO, en in de loop van de winter controleerde een taxateur van het Faunafonds de percelen en de eventuele schade daarop. Kort voor de oogst vond een tweede taxatie plaats, voor de vaststelling van de definitieve schade.
Daarna volgde automatisch de betaling: 72 euro per hectare akkerland, 118 euro voor weiland en 250 euro voor grasgroenbemesters, ongeacht de schade. De vergoeding voor de geleden schade kwam daarbovenop. ‘Iedereen kon ermee leven’, constateert Dekker. Als er calamiteiten waren, speelde de ANV altijd een bemiddelende rol tussen boer en overheid. De contracten liepen zes jaar, van 2008 tot en met 2014. In totaal ging het om zo’n 5000 hectare begrensd gebied.

Nieuw ganzenbeleid

Dit jaar kwam er nieuw beleid. Nadat het landelijke Ganzenakkoord uiteindelijk klapte, ontwikkelde Provincie Zeeland een andere ganzenaanpak. Het geklapte Ganzenakkoord was daarvoor het startpunt. In de nieuwe aanpak heten foerageergebieden ‘rustgebieden’. Het gaat in heel Zeeland om zo’n 7.200 hectare landbouwgrond, waar trekganzen zich van 1 november tot 1 april in alle rust kunnen voorbereiden op de trek naar de broedgebieden.
De populaties overzomerende ‘standganzen’ moeten fors krimpen. In vijf jaar moet het aantal grauwe ganzen in Zeeland terug naar het niveau van 2005 en het aantal brandganzen naar het niveau van 2011. Van een aantal andere ganzensoorten (exoten) moet het schadeniveau naar nul. Tegelijk krijgen de trekganzen in de winterperiode meer rust.
Boeren in de rustgebieden hebben geen eigen risico als ze een schadevergoeding aanvragen en ze kunnen de behandelkosten van 300 euro terug krijgen. Dat laatste zat eerst niet in het pakket. ‘Toen begon iedereen te steigeren’, blikt Dekker terug. Ook de ANV kwam daartegen in het verweer, samen met andere Zeeuwse ANV’s en met ZLTO, die de koepel vormt voor de Zeeuwse ANV’s. Het resultaat was dat boeren de 300 euro kunnen terug vragen. Daarnaast krijgen ze 100 procent van de getaxeerde schade vergoed, plus 50 euro per hectare waarop schade is geleden.
Buiten de rustgebieden geldt voor de winterperiode een schadevergoeding van 95 procent van de getaxeerde schade en grondgebruikers krijgen het meldbedrag niet terug. Ze mogen ganzen daar wel verjagen en (laten) bejagen, als ze een afschotvergunning hebben. Voor schade door zomerganzen hanteert Zeeland de regels van het landelijke Faunafonds.

Ganzenvlees

In de nieuwe aanpak is de rol van de ANV kleiner dan voorheen. Want de opgave van de schadepercelen gebeurt voortaan digitaal. De belangrijkste taak voor de ANV is nu het adviseren van de leden, vertelt Dekker. Dat gebeurt onder andere via de ANV-nieuwsbrief. Voorheen ging die naar alle boeren; nu alleen naar de leden. De afgelopen winter informeerden bestuursleden van de ANV veel boeren met percelen in de rustgebieden over de nieuwe situatie. De meeste boeren met land in een rustgebied geven de nieuwe aanpak het voordeel van de twijfel. Naar aanleiding van hun reacties zijn de rustgebieden nog wel wat uitgebreid met percelen waar altijd veel ganzen komen.
Buiten de winterperiode mogen ganzen overal bejaagd worden met een afschotvergunning. Alleen: wat doe je met de geschoten ganzen? De ANV pakte dit op vanuit het idee om consumenten duidelijk te maken dat er teveel ganzen zijn, maar dat geschoten ganzen toch waarde hebben. ‘Het is een gezond product’, zegt Dekker. ‘Het is mager vlees.’
De ANV nam contact op met een poelier. Die slacht de geschoten ganzen. Daarna gaat de ganzenborsten vacuüm verpakt in de koeling. Een keurslager uit Hulst verwerkt het vlees daarna tot diverse producten, zoals paté, hachee of gedroogd en gerookt als boterhambeleg.
Consumenten moeten nog wel wennen aan het ganzenvlees. ‘Voor veel mensen is het een onbekend product’, geeft Dekker aan. ‘Onbekend is onbemind. Bovendien moet je het leren eten. Het is wild. Dat heeft een andere smaak.’ De ANV heeft er energie in gestoken om dit afzetkanaal te ontwikkelen en het ganzenvlees te promoten, maar heeft zelf geen zakelijke belangen bij deze manier om ganzenvlees tot waarde te brengen.

Akkerranden

De Groene Oogst heeft zich ook van meet af aan bezig gehouden met akkerranden. De ANV bemiddelde in de contracten en leverde het zaadmengsel dat de akkerbouwers konden inzaaien. Het ging om randen voor de veldleeuwerik, en om patrijsranden. Akkerbouwers in het hele werkgebied van de ANV maakten gebruik van de regeling.
Vorig jaar veranderde het beleid voor akkerranden. Akkerbouwers kunnen sindsdien alleen contracten afsluiten voor percelen in zogeheten kerngebieden. Dat zijn gebieden waar akkervogels het meest kansrijk zijn, niet alleen de veldleeuwerik en de patrijs zijn doelsoorten, maar ook de graspieper en de gele kwikstaart.
Maar er is veel te doen over de aanwijzing van de kerngebieden, vertelt Dekker. De basis voor die aanwijzing zijn twintig gebieden in Zeeland van zo’n 100 hectare waar Sovon tellingen deed van de vier doelsoorten akkervogels. Van de gebieden met de meeste vogels zijn de gebiedskenmerken geprojecteerd op de rest van Zeeland. Gebieden met dezelfde kenmerken werden de kerngebieden. ‘Maar wij weten dat in bepaalde gebieden buiten die kerngebieden ook de vier doelsoorten zitten. We hebben alleen geen harde cijfers daarover. Leden buiten die kerngebieden kunnen niet meer meedoen met akkerranden, terwijl ze dat graag willen en terwijl er soms meer vogels zitten dan in de kerngebieden. Tegelijk zitten in sommige kerngebieden bijna geen boeren die mee willen doen. Dat kost ons heel veel gedoe met boeren.’
Voor Dekker is de kous nog niet af. ‘We blijven in gesprek met de overheden over de akkerranden en we gaan wellicht de vier vogelsoorten monitoren buiten de kerngebieden.’

Tarwe trippel ‘t Patrijske

De ANV doet ook diverse kleinere activiteiten. Zoals het bemiddelen in ‘kleine doorsteken’ langs akkers, zodat wandelaars kunnen genieten van het boerenlandschap, en het plaatsen van borden met informatie over de gewassen langs fietsroutes en wandelpaden. Een andere activiteit zijn de bloemplukranden. Iedereen kan een bos bloemen plukken in bloemenstroken die op akkerranden zijn ingezaaid. Bij sommige boeren kan dat gratis, bij andere voor één of enkele euro’s.
Leden kunnen ook de vogelspecialist uit het bestuur een paar uurtjes uitnodigen om hun kennis op te vijzelen over de vogels die op hun erf of hun land verblijven. Speciaal daarvoor heeft de ANV een boekje met de vogelsoorten laten maken.
De nieuwste activiteit waar de ANV ook aan meewerkt is het ‘Patrijske’. Het is een tarwe trippel, gebrouwen van onder andere oude Zeeuwse tarwerassen, zoals Zeeuwse Witte. De oude graansoorten groeien onder andere op percelen die kunstmestfabrikant Yara in bezit heeft, aangrenzend aan de fabriek in Sluiskil. Daar zijn ook akkerranden en andere voorzieningen voor patrijzen. Het bier wordt in de streek, in Hulst, gebrouwen. Zoiets past wel bij de ANV. Want de leden zijn dan wel Zeeuwen, maar vooral Zeeuwse Vlamingen. Die houden wel van een pint op z’n tijd.

Tekst: Peter van Houweling Foto’s: ZLTO, Alex Wieland en Peter van Houweling

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    17° / 5°
    70 %
  • Zondag
    18° / 11°
    50 %
  • Maandag
    17° / 7°
    20 %
Meer weer