Meer druk op mestverwerking

Ilona LesscherTijdens bijeenkomsten deze week uitten varkenshouders hun zorg over de druk die zij ervaren op de mestmarkt en het feit dat veel verwerkingsinitiatieven op de vergunningverlening zouden stranden.
De kwestie houdt vooral varkenshouders in Oost-Nederland bezig. Voor die regio lijkt een verdubbeling van het percentage verplichte mestverwerking in 2016 reëel.
In januari maakte BMC Moerdijk bekend geen vervangende verwerkingsovereenkomst (VVO) of driepartijenovereenkomst (3PO) meer af te sluiten. Daardoor vervalt 5 miljoen kilo fosfaatverwerking.
‘Doordat die route wegvalt, kan varkensmest lastiger worden geplaatst en door de lagere gebruiksnormen is er per definitie minder ruimte voor dierlijke mest, waardoor de druk op mestverwerking oploopt’, zegt portefeuillehouder Jan Overeem van LTO-vakgroep Varkenshouderij.
Wiebren van Stralen, die bij LTO Nederland mest in zijn portefeuille heeft, herkent de zorg om de vergunningverlening. Op verschillende plaatsen is er protest tegen mestverwerking, zoals vorige week zaterdag in Dalfsen.
Voor 2015 is er echter verwerkingscapaciteit genoeg, blijkt uit een inventarisatie van eind 2014. ‘De initiatieven die draaien, zitten te springen om mest. Richt daar je energie op in plaats van je zorgen te maken over initiatieven die nog in de opstartfase zijn’, zegt Van Stralen.
De beleidsadviseur roept varkenshouders op te inventariseren hoeveel mest ze moeten verwerken en daar structureel iets voor te regelen en niet, zoals nu nog vaak gebeurt, het aan te laten komen op het einde van het jaar.
Protesten tegen vergunningen noemt Van Stralen zorgelijk, maar het is ook aan varkenshouders zelf om de nut en de noodzaak van mestverwerking aan te tonen en daar draagvlak voor te creëren.
In april wordt de landelijke mestverwerkingscapaciteit opnieuw geïnventariseerd. In Oost-Nederland wordt ingezoomd op haalbaarheid en financiering van nieuwe initiatieven.

Gelijke tred

Op dit moment is Van Stralens indruk dat de groei van de mestverwerkingscapaciteit gelijke tred houdt met de toename van de mestpercentages. De Nederlandse veehouderij moet in 2015 28 miljoen kilo fosfaat verwerken of exporteren. Daarvan is 9 miljoen kilo afkomstig uit pluimveemest.