Fiat voor agrarische natuur

Peter van HouwelingZLTO heeft het collectief Beheerplan opgesteld, namens de negen Zeeuwse agrarische natuurverenigingen. In het plan staat door wie, op welke plaats, voor welke oppervlakte en voor welk beheerpakket er agrarische beheersubsidie beschikbaar is.
In Zeeland zijn vier verschillende types agrarisch natuurbeheer: akkerranden, botanisch beheer, weidevogelbeheer en landschapselementen. Het grootste deel betreft akkerranden, daarna volgt botanisch beheer, vooral van binnendijken.
In Zeeland waren in 2014 contracten voor 456 hectare. Dit jaar loopt daarvan minder dan 41 hectare af.
Het plan voor 2015 biedt alleen de mogelijkheid om lopende overeenkomsten te verlengen in de kerngebieden en in de zogeheten monitoringsgebieden. De provincie heeft de kerngebieden aangewezen. Daar is agrarisch natuurbeheer het meest kansrijk, volgens de provincie.

Monitoring

Volgens de Zeeuwse agrarische natuurverenigingen zijn daarbuiten ook kansrijke gebieden. Daar vindt in 2015 en in 2016 monitoring plaats. ‘We zijn de systematiek daarvoor nu aan het ontwikkelen’, zegt Rinus van ’t Westeinde, de trekker van Collectief Poldernatuur Zeeland, de koepel voor agrarisch natuurbeheer in oprichting.
In totaal komen er veertien nieuwe telgebieden, ook enkele buiten de monitoringsgebieden om trends goed te kunnen vergelijken. Daarnaast zijn er twintig bestaande telgebieden in de provincie.
De zeven monitoringsgebieden omvatten zo’n 300 hectare. Ook daar kunnen dit jaar contracten worden verlengd en kunnen in 2016 nieuwe contracten worden gesloten. Als eind 2016 uit de monitoring blijkt dat er te weinig vogels voorkomen, stoppen de overeenkomsten voor die gebieden.
Van ’t Westeinde roept boeren in de monitoringsgebieden op om actief te volgen welke vogels op hun percelen zitten.
Voor de contracten buiten de kerngebieden en de monitoringsgebieden is geen verlenging mogelijk, vooruitlopend op de nieuwe situatie in 2016. ‘Dat gaat om een beperkt aantal contracten’, zegt Van ’t Westeinde.
De Zeeuwse bestuurder kan wel begrijpen dat boeren teleurgesteld zijn als ze hun contract niet meer kunnen verlengen. ‘Dat is jammer, want die akkerbouwers hebben hun nek uitgestoken. Maar aan de andere kant is het minder zinvol als daar nauwelijks patrijzen of andere vogels in komen.’