Laatste keer

Laatste+keer
© Harry Tielman

Dit is mijn laatste column die ik voor Nieuwe Oogst schrijf. Ik vond het leuk om te doen. Het dwingt je om ergens iets langer over na te denken.
Zo was ik onlangs bij een conferentie over de bodem bij Kasteel Groeneveld in Baarn, zeg maar het buitenhuis van het voormalige ministerie van Landbouw. Het was dan ook georganiseerd door het ministerie van Economische Zaken in samenwerking met NAJK; erg toepasselijk in het Jaar van de Bodem.
Doel van de bijeenkomst was discussie los te krijgen over de huidige stand van zaken ten aanzien van de bodemgesteldheid, maar ook grondmobiliteit en -prijsontwikkeling. De uitkomst van deze discussie dient als achterliggend document voor eventueel nader in te vullen beleid door het ministerie.
Zo gaf de directeur van de Unie van Waterschappen in zijn inleiding aan dat behoud en verbetering van bodemvruchtbaarheid belangrijk zijn ten aanzien van het vasthouden van water en het uitspoelen van nutriënten. Het aanleggen van waterbergingen op landbouwgronden en deze onder water zetten lijkt me niet bepaald bevorderlijk voor de bodemvruchtbaarheid, maar dat terzijde.
Daarnaast gaf de directeur van adviesbureau Aequator aan dat in Nederland nog 30 procent opbrengstpotentie is te realiseren als gevolg van achteruitgang van de bodemvruchtbaarheid. Wereldwijd bedraagt dit 58 procent. Volgens voorzitter Jaap Haanstra van LTO-vakgroep Akkerbouw is bodemvruchtbaarheid iets waar alle akkerbouwers het dagelijks aan de keukentafel over hebben. Of ze er iets aan doen, is vers twee. Vaak willen ze wel, maar worden ze gehinderd door beperkte regelgeving of gebrek aan kennis over de bodem.
Na de uitreiking van het rapport ‘Agrarische Grondmobiliteit’ aan NAJK door de Rabobank en het Kadaster, volgde hierover een discussie. Steeds meer grond komt in het bezit van 65-plussers en in plaats van de grond te verkopen, wordt het vaak met kortdurende pacht uitgebracht. Als gevolg van de lage rentestand houden ze de grond zo lang mogelijk vast.
Een ander interessant punt dat de Rabobank liet zien, was de verhouding tussen schuld en brutogeldopbrengst bij een grote groep akkerbouw- en melkveebedrijven. De conclusie was dat dit kengetal bij beide sectoren nagenoeg gelijk aan elkaar is. Oftewel: alle grondgebonden landbouwbedrijven hebben een betalingscapaciteit voor rente en aflossing van ongeveer 14 procent. Dit betekent dat ze binnen tien jaar van hun schulden af kunnen zijn.
De landbouw staat er dus nog niet zo slecht voor, financieel gezien. Met dit positieve bericht wil ik graag afsluiten.

Doeko van ‘t Westeinde

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Donderdag
    10° / 3°
    70 %
  • Vrijdag
    12° / 3°
    30 %
  • Zaterdag
    17° / 4°
    70 %
Meer weer