Veenbrand ringrot gedoofd

Enkele jaren geleden werden incidenten met ringrot nog vergeleken met een veenbrand. Je denkt het bestreden te hebben en dan duikt het weer ergens anders op.
In de periode 2011-2013 werd ringrot op respectievelijk zestien, tien en drie bedrijven aangetroffen. Vorig jaar is door de NVWA geen ringrot aangetroffen. De NVWA heeft in 2014 extra monsters genomen in de omgeving van de vondst van 2013. Daarin is ook geen ringrot aangetroffen.
De NVWA concludeert dat het niet aantreffen van ringrot erop wijst dat de preventieve aanpak vanuit de pootgoedketen en de overheid zijn vruchten afwerpt. Hygiënemaatregelen hebben de risico’s op besmetting van pootaardappelen aanzienlijk gereduceerd.
Er zijn door de sector zelf meer maatregelen genomen. Denk aan het verbod op snijden van pootaardappelen voor de pootgoedteelt en het tegengaan van illegaal gebruik van pootgoed.
Volgens de NVWA is schaalvergroting van de bedrijven een kwetsbaar punt. Telers met een groot areaal basispootgoed kunnen in potentie een grote inktvlek veroorzaken. De kans dat er iets fout gaat, is klein. Als het mis gaat, zijn de gevolgen enorm. Er is geen ruimte om de waakzaamheid te laten verslappen.