Schrik slaat toe: vogelgriep in Hekendorp

Op 16 november sloeg de schrik toe in de wereld van de Nederlandse pluimveehouderij. Op een pluimveebedrijf in Hekendorp (gemeente Oudewater) vogelgriep vastgesteld. In de week daarna werd op een bedrijf in Ter Aar en op twee bedrijven in Kamperveen vogelgriep van het hoogbesmettelijke type H5N8 gevonden. Begin december kwam daar nog een uitbraak in Zoeterwoude bij, enkele weken later gevolgd door twee uitbraken in de Duitse deelstaat Nedersaksen.

De overheid kondigde direct na de eerste uitbraak een vervoersverbod af van 72 uur voor geheel Nederland en 30 dagen voor de cirkel van 10 km rondom het besmette bedrijf. Onmiddellijk stelde LTO Nederland een crisisteam samen, aangevoerd door Eric Hubers, zowel bij LTO als bij de LLTB voorzitter van de vakgroep Pluimveehouderij. Bij de LLTB coördineerden Johan van Diepen en Herman Mertens in nauw overleg met het crisisteam de contacten met het Limburgse bedrijfsleven en de informatievoorziening via nieuwsbrieven aan de leden.
Er brak voor Hubers en zijn team een periode aan van koortsachtig overleg. Met het ministerie van EZ, met de NVWA, maar vooral ook met ondernemers in de sector. En uiteraard stond hij ook uitgebreid de landelijke en provinciale media te woord. Voor zijn optreden kreeg Hubers veel waardering vanuit de sector. Hij toonde begrip voor de strenge maatregelen van staatssecretaris Sharon Dijksma, omdat bestrijding van de crisis de hoogste prioriteit had, maar pleitte tegelijkertijd daar waar mogelijk maatwerk en oplossing van knelgevallen.
De regelingen die daarvoor in overleg met het ministerie in de maak waren, lieten naar zijn smaak wel erg lang op zich wachten. Op 19 november kwam een einde aan het landelijke vervoersverbod, maar op 24 november werd een nieuw pakket van maatregelen afgekondigd, zoals de indeling van het land in compartimenten. Hubers: “Die hebben vooral grote gevolgen voor de vermeerderingsbedrijven en de kuikenbroederijen. Eieren mogen alleen binnen die compartimenten naar een eierpakstation en vleeskippen naar de slachterij. Ondernemers staan nu voor de uitdaging om hun dieren en producten via andere wegen de markt op te krijgen en dat is geen gemakkelijke opgave. Ook uit dierenwelzijnsoogpunt is het zaak om de lijntjes tussen de sector en EZ kort te houden.”

LLTB inventariseert knelgevallen

De LLTB startte daarop een inventarisatie naar knelgevallen in de Limburgse pluimveesector. Na de jongste maatregelen van staatssecretaris Sharon Dijksma konden de ondernemers met leghennen vooruit. Maar behalve bij de vermeerderingsbedrijven en de kuikenbroederijen dreigden ook problemen te ontstaan bij de vleeskuikenhouders en de slachterijen.
Hubers: “Ondernemers staan nu voor de uitdaging om hun dieren en producten via andere wegen de markt op te krijgen en dat is geen gemakkelijke opgave. Limburgse vleeskuikenhouders hebben een probleem met de afzet van de dieren naar de slachterij. De slachtcapaciteit van vleeskuikens in verhouding tot het aantal vleeskuikenplaatsen in de regio is veel te laag. De slachterijen binnen het compartiment C zijn ingericht voor lichte kuikens terwijl diverse bedrijven momenteel zware kuikens hebben zitten door de afgelopen standstill periodes.” Daarnaast hadden de vleeskuikenhouders problemen omdat zij geen eendagskuikens mochten ontvangen. Inleg van broedeieren was voor eigen risico van de broederijen. Vleeskuikenbedrijven kregen daardoor te maken met een forse knip in hun bedrijfscontinuïteit, want het duurt drie weken voordat een broedei uitkomt.

Versoepeling

Op 2 december kon de sector opgelucht ademhalen na de versoepeling van maatregelen die Dijksma die dag aankondigde maar, aldus Hubers. “Er zijn ook nog grote zorgen. We zijn blij dat we de sector weer op gang krijgen. Jammer dat de regio West nog op slot zit en hard voor de pluimveehouders die hier dus nog niet vooruit kunnen. Maar vanuit het algemeen belang bezien kan ik er begrip voor hebben dat daar nog alle beperkingen in stand blijven. Risicobeheersing is in dit gebied nog prioriteit nummer een. EZ wilde meer tijd nemen, maar om de incubatietijd van de laatste besmetting te overbruggen, hoefden we nog maar een dag wachten. EZ heeft ons advies hierin gevolgd en de wachttijd tot een minimum beperkt. We blijven ons de komende dagen en weken inzetten om knelgevallen op bedrijven op te lossen.” Twee dagen later opende België haar grenzen voor Nederlands pluimvee en eieren uit de vrijgegeven zones en op 14 december werden de maatregelen ook in de regio West versoepeld, met uitzondering van de tien kilometer zone.
Hubers kijkt terug: “Het was een angstige periode. Ik denk ondanks alles dat we van geluk mogen spreken dat we er zo doorheen zijn gekomen. Voor ons als crisisteam was het soms lastig laveren tussen de noodzaak om koste wat koste verdere besmetting te voorkomen en het zo verantwoord mogelijk oplossen van knelgevallen die daardoor ontstonden. Ik hoop het niet meer mee te maken, maar we hebben in de aanpak ook leerervaringen opgedaan, die we zeker nog met het ministerie zullen evalueren.”

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    10° / 4°
    30 %
  • Zondag
    11° / 2°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
Meer weer