LTO Melkprijzen: topjaar overtroffen

René LuijmesDe berekende melkprijzen van de zestien Europese zuivelondernemingen van vorig jaar namen licht toe. Dat bleek uit het melkprijzenonderzoek, dat maandag werd gepresenteerd op het melkveebedrijf van de familie Hupkes in Didam.
Volgens samensteller Willem Koops van ZuivelNL is daarmee het recordniveau van 2013 met 0,66 euro per 100 kilo melk overtroffen. Dit niveau werd vooral bereikt door de hoge melkprijzen in de eerste helft van vorig jaar. Na de zomer zetten de melkprijzen een flinke daling in.
‘Dat geeft een dubbel gevoel’, stelt vakgroepvoorzitter Kees Romijn van LTO Melkveehouderij. ‘2015 zal een heel moeilijk zuiveljaar zijn.’ LTO heeft bij het ministerie van Economische Zaken (EZ) dan ook het verzoek neergelegd of melkveehouders hun te betalen superheffing over drie jaar uit kunnen smeren.
De top 3 van de ranglijst bleef ongewijzigd. Het Finse Hämeenlinnan Osuusmeijeri gaat nog steeds aan kop, gevolgd door Granarolo uit Italië. FrieslandCampina consolideerde de derde plek. RFC had in 2014 een lastig jaar. Door een goede afzet van kindervoeding naar China en eenmalige baten kon ze de schade van de Russische boycot beperken. De winst en melkprijs bleven op peil.

Vertragend effect

Dairy Crest maakte een sprong naar plek 4. De melkprijs steeg met 8 procent. Voor een groot deel kwam dit door de stijging van de Britse pond ten opzichte van de euro. In nationale valuta steeg de melkprijs met ruim 3 procent.
De Franse zuivelbedrijven nemen plek 6 tot 9 in op de ranglijst. Ze zijn volgend op de andere melkprijzen. Dit heeft dus een vertragend effect.
‘Zowel de sterke stijging van de Europese melkprijzen in de tweede helft van 2013 als de forse daling na de zomer van 2014 lijken vertraagd tot uitdrukking te komen in de Franse melkprijzen’, stelt Koops. ‘Gevolg is dat de berekende Franse melkprijzen in 2013 relatief minder en in 2014 relatief meer stegen dan gemiddeld.’ In 2013 stonden de Franse zuivelondernemingen qua melkprijs nog op de twaalfde tot en met vijftiende plaats.
Deutsches Milchkontor (DMK) passeerde haar fusiepartner DOC Kaas op de ranglijst. De berekende melkprijs van de Duitse onderneming daalde met 0,6 procent. DOC Kaas kampte veel meer met de gevolgen van de Russische boycot van onder andere kaas. De melkprijs daalde na Milcobel het meest met ruim 6 procent. DOC betaalde daarmee 4,5 euro per 100 kilo minder dan FrieslandCampina. Op een leverantie van een miljoen kilo melk is dit 45.000 euro per jaar in het voordeel van RFC.
Ook de melkprijzen van Glanbia en Kerry uit Ierland en het Duitse Müller daalden. Koops: ‘De Ierse melkprijs is conjunctuurgevoelig.’ Het Britse First Milk zou zonder de koersstijging van de Britse pond als laatste op de ranglijst staan.

Jojo-effect

De melkprijs van Fonterra kreeg een forse knauw met een daling in 2014 ten opzichte van 2013 van bijna 20 procent. In 2013/14 was nog sprake van een record. ‘Over 2014/15 krijgen de Nieuw-Zeelanders een melkprijs die naar verwachting zo’n 45 procent lager is’, stelt Koops.
De melkprijzen kennen sinds 2007-2008 een jojo-effect en gingen fors op en neer met uitschieters tussen 4,65 Nieuw-Zeelandse dollar per kilo vet en eiwit en 8,50 dollar als hoogtepunt. In de periode van 1998-1999 tot en met 2006-2007 bleef de (lagere) melkprijs vrij stabiel tussen 3,5 en 5,3 Nieuw-Zeelandse dollar. De Nieuw-Zeelanders produceren 90 tot 95 procent voor de export.
De melkprijzen in de Verenigde Staten stegen met bijna 25 procent. ‘De veehouders profiteerden van de sterke binnenlandse vraag naar zuivelproducten.’ 90 procent van de melk is voor binnenlandse consumptie.