LTO: N-normen snel aanpassen

Nieuws 04 jul 2015 om 12:00uur

Voorzitter Jaap Haanstra van LTO-vakgroep Akkerbouw pleit voor snelle aanpassing van de gebruiksnormen voor stikstof (N) op basis van actuele gewasopbrengsten.

Haijo DoddeHet kan volgens Haanstra niet zo zijn dat akkerbouwers met te lage gebruiksnormen worden geconfronteerd omdat de overheid niet over de juiste cijfers beschikt. ‘Herstel hiervan heeft wat ons betreft evenveel prioriteit als het fosfaatplafond of de melkveewet.’
LTO-vakgroep Akkerbouw is ervan overtuigd dat het ministerie van Economische Zaken niet wist dat verkeerde cijfers zijn gebruikt voor het berekenen van de huidige gebruiksnormen. ‘Daarom is snelle aanpassing gewenst.’
Voor het vaststellen van de gebruiksnormen voor stikstof en fosfaat in het vijfde actieprogramma Nitraatrichtlijn rekende Wageningen UR met gemiddelde gewasopbrengsten. Voor klei gebruikten de wetenschappers cijfers uit 2002 en voor zand en löss was 2006 het referentiejaar.

10 tot 40 kilo

Echter, in een rapport over de equivalente maatregelen stelt Wageningen UR begin dit jaar dat voor snijmaïs, suikerbieten, aardappelen op löss, uien, prei, spinazie en andijvie de opbrengsten aanwijsbaar zijn gestegen. Volgens het rapport rechtvaardigt dat een stijging van de stikstofnorm in deze gewassen met 10 tot 40 kilo per hectare.
Het meest eenvoudig is de hogere stikstofafvoer direct op te tellen bij de huidige gebruiksnormen voor stikstof, stelt Haanstra. ‘Mocht het ministerie van Economische Zaken aanvullend onderzoek nodig achten, dan graag zo snel mogelijk.’
De akkerbouwvoorman is niet erg te spreken over het tempo van het ministerie voor invoering van equivalente maatregelen. Staatssecretaris Sharon Dijksma vertelde deze week in de Tweede Kamer dat ze meewerkt aan de maatregelen, maar dat voor verhoging van de stikstofnormen bij hogere gewasopbrengsten aanvullend onderzoek nodig is.
‘Het bewijs dat equivalente maatregelen voor een lagere milieubelasting zorgen, is al geleverd. Het is teleurstellend dat vertraging dreigt voor verificatie van onderzoek waarvan het resultaat al in april bij het ministerie bekend was.’
De equivalente maatregelen betekenen voor ondernemers dat zij bij hogere opbrengsten meer stikstof en fosfaat kunnen aanwenden. Ook bij rijenbemesting in maïs en bij drijfmestvervanging kunnen in de voorstellen de gebruiksnormen omhoog. ‘Ons streven is dat gewastelers zo snel mogelijk gebruik kunnen maken van deze maatregelen.’