‘We moeten onze prestaties beter uitdragen, concreet met feiten en cijfers’

Het imago van boeren en tuinders is in de afgelopen tien jaar eerder verbeterd dan verslechterd, zegt voorzitter Albert Jan Maat van LTO Nederland. ‘De 7,6 die de Nederlandse bevolking aan de agrosector geeft, is een blijk van waardering. Boeren en tuinders staan er goed op. Zelfs beter dan veel ondernemers denken.
‘Soms lijkt het dat ons imago in het buitenland beter is dan in eigen land. Uit alle uithoeken van de wereld komen mensen - maandelijks melden zich bij ons groepen - hier kijken hoe agrarisch Nederland tot zulke enorme prestaties in staat is.’
Imago komt niet vanzelf. Dat verdien je met in het oog lopende prestaties, stelt Maat. ‘In de sector is er een stille omwenteling om schoner en beter te werken met minder grondstoffen en in gesloten ketens. Dat is toekomstgericht en met open vizier: dat ziet de buitenwacht.
‘Alhoewel het imago dus positief is, zijn in de afgelopen tien jaar ook akelige dingen voorgevallen, die ons imago niet ten goede kwamen’, weet Maat. ‘Dierziekten kun je nooit helemaal voorkomen. Een ernstige veeziekte als Q-koorts heeft ingrijpende gevolgen gehad, ook voor veel mensen. De vogelgriep heeft er stevig ingehakt, zoals ook de EHEC-crisis. Aan de andere kant: er is nu meer oog voor het economisch belang van de agrosector. Er wordt op bedrijven gewerkt met minder energie, minder antibiotica en minder emissies naar het milieu.
‘Actiegroepen en enkele maatschappelijke organisaties maken er soms een potje van door de agrarische sector eenzijdig neer te zetten. Dat geeft beeldvorming, als zou Nederland worden volgepropt met megastallen. Dat klopt van geen kant, maar het schaadt wel ons imago. We moeten daar het werkelijke verhaal tegenover zetten. En dat gebeurt ook’, aldus de LTO-voorzitter.
Boeren en tuinders maken volgens hem werk van een beter imago. ‘Ze hebben ontmoetingen met burgers en debatten met kritische consumenten. Ze doen mee aan het maatschappelijk debat. Sterker, ze nodigen burgers uit om te tonen wat ze doen en waarom ze het zo doen. Open dagen, verbreding, huisverkoop, recreatie en educatie dragen bovengemiddeld bij aan een beter imago.
‘Voelen, proeven, ruiken: het is voor de consument anders als die het zelf beleeft. Zo neem je een zee aan misverstanden en vooroordelen weg. Daarnaast moeten we onze prestaties bij dier- en plantgezondheid, milieu, dierenwelzijn, natuur en dergelijke beter uitdragen. Concreet met feiten en cijfers: dat blijft beter hangen.’