Zeeuws akkoord biedt kansen

Douwe KortingHet akkoord met de titel Krachten Bundelen biedt ook zicht op de provinciale visie op de land- en tuinbouw. Samen met visserij is de sector de tweede economische pijler, na de havens en de industrie en vóór de vrijetijdseconomie.
De provincie kondigt in het akkoord Krachten Bundelen onder meer aan via Europese POP3-gelden en subsidies te blijven investeren in innovaties op het gebied van hightech-sensing en biobased teelten.
Volgens Peter de Koeijer, voorzitter ZLTO Zeeland, is dit een waardevolle belofte. Het biedt innovatieve ondernemers de nodige kansen en zicht op een duurzamere sector. ‘Als ZLTO hebben we gepleit voor een beperkt aantal pilots, onder meer rond een betere zoetwatervoorziening. Pas als die praktijkwaardig blijken, zijn ze verder uit te rollen.’

Impuls Rusthoeve

Ook zet de provincie in op de doorontwikkeling van de Rusthoeve tot het kenniscentrum voor plantaardige teelten in het zuidwesten. ‘Dat past bij onze ambitie en is geheel volgens afspraak. Alleen hangt er nog geen financiële toezegging onder’, constateert de ZLTO-voorman. ‘En dat is wel gewenst, al is het maar om Europese cofinanciering van projecten mogelijk te maken.’
Verder belooft Zeeland in haar akkoord beterschap op het gevoelige dossier faunabeheer. ‘Ze zegt toe er alles aan te doen om de overheadkosten voor bijvoorbeeld administratie en taxatie van ganzenschade te verlagen. Zo blijft er netto meer geld over voor schade-uitkering aan agrariërs’, vertelt De Koeijer, die spreekt van ‘een opening in deze langlopende discussie’.
Ook biedt het akkoord de mogelijkheid om een paar aanpassingen door te voeren in de gebiedsaanwijzing in het kader van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS). ’De PAS is pas sinds 1 juli van kracht, en het is een lange weg naar Brussel. Maar wij zouden graag zien dat de provincie een paar postzegeltjes natuur uit de Oosterschelde en de Westerschelde uit de PAS zou halen.’
Verder wil het nieuwe college de landbouw laten profiteren van de provinciale grondposities. Volgens het nieuwe provinciebestuur is het prima mogelijk om door het aankopen, verkopen en ruilen van gronden ‘een actieve rol te vervullen bij de ontwikkeling van de landbouw’.
Ook de aanleg van landbouwroutes blijft een aandachtspunt van de provincie.