‘Boerenbedrijf overeind met landgoedmerk’

Hoeveel boeren zijn betrokken bij Landgoed Vilsteren?

‘Tien. Zij beheren van de 1.051 hectare ruim 400 hectare grond. De negen veehouderijen en een akkerbouwbedrijf zijn allemaal pachtboerderijen. Naast boerenland is er veel natuur waaronder een bos en een natuurkampeerterrein. Vilsteren is onderdeel van het landgoed.’

Waarom zijn jullie met het merk Landgoed Vilsteren gekomen?

‘De verregaande schaalvergroting van de landbouw gaat met de karaktereigenschappen van het landgoed botsen, zoals cultuurhistorie en natuurwaarden. Een mestinjecteur kan lastig tussen de houtwallen manoeuvreren.
‘Wanneer boeren niet meer meekunnen in de schaalvergroting, moeten ze op een andere manier een inkomen halen om hun bedrijf overeind te houden. Met het merk streven wij naar een hogere toegevoegde waarde van hun producten.’

Gaan jullie hiermee niet op de stoel van de ondernemer zitten?

‘Daarvoor willen we juist waken. De rol van de verpachter is wettelijk beperkt. Dat is een goede zaak, want wij moeten niet gaan over de agrarische bedrijfsvoering. Het enige sturingsmiddel is de grond. Iedere boer kreeg vroeger een deel van de 90 hectare tijdelijke pachtgrond. Nu proberen we op basis van plannen van ondernemers te verpachten, met aandacht voor meer biodiversiteit.’

Hoe geven jullie invulling aan het merk?

‘Boeren verkopen de producten zelf. Een ondernemer is begonnen met de verkoop van Lakenveldervlees, een ander verkoopt lamsvlees.
‘Het zou mooi zijn als er meer producten komen zoals zuivel of wijn. We willen het breder trekken dan alleen de landbouw. Wij proberen ook niet-agrarische producten onder het merk te laten vallen, bijvoorbeeld educatieve activiteiten en logies bij een boerderij.
‘Over het distribueren en het gezamenlijk vermarkten moeten we nog nadenken. Het is niet onze intentie om er als landgoed veel aan te verdienen.’

Hoe is de animo onder de boeren?

‘Vier bedrijven doen mee. Daarover ben ik niet ontevreden. Het is een geleidelijk proces.
‘Sommige boeren balen ervan dat ze de tijdelijke grond nu niet zo makkelijk meer kunnen krijgen. Anderen kiezen bewust niet voor deze tak van verbreding.
‘Daar is niets mis mee. Als je er niet achter staat, is het gedoemd te mislukken.’