De achterkant van de ziel

‘Heb je het al gelezen?’ vraagt Herman aan ons. De gemeenteraad van Reusel-De Mierden heeft de vorige avond het aanhoudingsbesluit verlengd met een jaar. Het gesprek is direct op gang. ‘Ik snap die ondernemers wel’, zegt hij. ‘Zij willen vooruit, hebben een zoon die klaar staat om mee te doen in het bedrijf. Die drive om groter te willen worden heb ik persoonlijk niet zo, maar ik herken het wel.’
Of elke ontwikkeling dan overal moet kunnen? ‘Wie ben ik om te zeggen hoe groot een bedrijf mag zijn? Anderzijds moet een veehouder zich realiseren dat aan de maat van het bedrijf ook een grens kan zitten. Ondernemers in concentratiegebieden moeten zich serieus afvragen of ze juist daar verder willen groeien.’
Het is een van de dilemma’s uit zijn bestuurlijke carrière van twaalf jaar die hij met ons deelt. ‘Ik ben vaak uitgedaagd om te kiezen, om een standpunt in te nemen over schaalvergroting in de veehouderij. Dat is de paradox van ZLTO. We zitten aan tafel, we nemen onze verantwoordelijkheid, we zetten in op verduurzaming, we brengen oplossingen en werken aan maatschappelijke waardering. Maar anderen blijven ons zien als de pleitbezorger van intensivering en schaalvergroting. Je kunt van een ZLTO-bestuurder niet vragen om tegen leden te zeggen dat ‘genoeg genoeg is’. Dat is een ingewikkeld intern proces.’

Geconcentreerde staarten

‘Ik heb veel mensen ontmoet. Het gaat veel van hen te vaak alleen om minder staarten, en daar heb ik me steeds tegen verzet. Het aantal staarten zegt mij niet zoveel. Het gaat erom of de veehouder op een maatschappelijk verantwoorde manier zijn bedrijf organiseert. Of hij zijn kinderen en zijn buren recht in de ogen kan kijken. Daar hecht ik meer waarde aan dan aan groot-groter-grootst.’
Dat ene bericht in de krant, blijkt tijdens ons gesprek, illustreert waar het in Brabant in zijn portefeuille over ging de laatste twaalf jaar: ‘geconcentreerde staarten!’ Hij zegt het scherp en vol gif: ‘Ik heb een hekel aan mensen die twijfelen aan mijn integriteit.’ Wij kennen Van Ham als de verpersoonlijking van ‘er samen uit willen komen.’
Hij doelt op de mensen die hij trof aan de vergadertafel. Mensen die niet alle kaarten open op tafel leggen, wel afspraken maken, maar daar in de media afstand van nemen. ‘Zij worden nooit mijn vrienden’, gesticuleert Van Ham. ‘Ik maak me ondertussen wel zorgen over de framing van de agrosector in Brabant en word niet vrolijk van de maatschappelijke druk. Het is als een druppel op een steen; het gat wordt steeds dieper.’
Het ruimtelijk beleid overbodig maken is zijn diepste wens. ‘Maar dat zal nooit gebeuren’, bevestigt hij. ‘Daar ontlenen overheden en actiegroepen hun positie aan.’
Tot zijn ergernis is het ruimtelijk beleid een technocratisch proces geworden, niet te volgen voor een gewone sterveling. Een instrument van superspecialisten. ‘Dat houden we niet vol. Gelukkig zie ik ook een andere beweging, waarin de sociaal-maatschappelijke dimensie aan belang zal winnen. Zelfsturende, lokale gemeenschappen waarin boeren en tuinders onmisbaar zijn en gewaardeerd worden om hun bijdrage aan samen leven. Dat spreekt mij aan.’

Sneller

We kijken terug. Het mislukken van de reconstructie (‘we waren te succesvol’), het debat over de megastallen (‘het tempo van de schaalvergroting hebben we onderschat’), de ondernemende EHS (‘nog niet klaar’) en de introductie van de BZV met verplichte dialoog markeren een keerpunt in Brabant en in ZLTO.
‘We hebben het beleid kunnen kantelen van generiek beleid voor iedereen hetzelfde naar een specifieke aanpak op locatieniveau: de ondernemer kan weer ondernemen. Ik besef dat de dialoog impact heeft, ook op onze leden, en dat we hier onze nek ver hebben uitgestoken. Het is wel de toekomst. We delen onze dilemma’s, nemen verantwoordelijkheid en spreken de ondernemer aan op zijn ondernemerschap. Het had wat sneller gemogen, maar we zijn een andere ZLTO dan twaalf jaar geleden.’
Van Ham is niet de klassieke belangenbehartiger. Geen bestuurder die de machtstrategie aanhangt. Hij ging daarom niet mee naar Brussel op 7 september. ‘Dat is me niet in dank afgenomen. Voor mij was het een principekwestie. Ik ben geen vakbondsman. De defensieve be-langenbehartiging brengt ons echt niet verder.’
Maar daar ging het toch om? Macht en de overheid onze wil opleggen? toetsen we bij hem. ‘Dat is misschien de oude NCB, maar niet de ZLTO waar ik bestuurlijk actief ben. Ik geloof niet in die strategie. Ik wil verantwoordelijkheid nemen, deel zijn van de oplossing en daar actief aan bijdragen. Dat is de ZLTO waar ik in geloof.’
Het was Antoon Vermeer die hem indertijd vroeg bestuurlijk actief te worden in ZLTO. ‘Ik was net twaalf jaar wethouder in Bergeijk geweest en wist niet zeker of ik wel bij de ZLTO bestuurder wilde worden. ZLTO had een behoudend imago dat mij niet paste. Maar Antoon wilde de organisatie veranderen van ‘in zichzelf gekeerd’ naar een netwerkorganisatie. Daar had hij een ander type bestuurder bij nodig.’
Vermeer zette de koers naar duurzaam ondernemen uit en wilde de verbinding met de samenleving herstellen. ‘En dat bereik je niet alleen met een open dag, spiegeltjes en kralen. Contact met de samenleving is wel ons toekomstige verdienmodel. Maatschappelijke toegevoegde waarde leveren door bijvoorbeeld CO2 te binden in de bodem, door verbeteren van de biodiversiteit, door energie te produceren. Voedsel is niet het enige dat ons verbindt met de maatschappij. Daar kunnen we de kost niet mee verdienen. We verliezen de strijd in de wereld van de traditionele voedselproductie. We houden die voorsprong niet vast.’

Intuïtie en gevoel

Veel woorden gebruiken is in zijn geval niet hetzelfde als weglopen voor de ‘grotere agenda’. Integendeel. Verantwoordelijkheid nemen is zijn bestuurlijk anker. Hij voelt zich daarom thuis bij ZLTO. ‘Het is een veilige omgeving met respect voor elkaar, aandacht voor persoonlijke ontwikkeling, oriëntatie op de wereld, visie-gedreven en met de focus op een duurzaam perspectief voor leden. Dan loop je wel eens voor de muziek uit. Dat is het leiderschap waar we ons als ZLTO mee onderscheiden.’
Wij kennen Herman van Ham als het type bestuurder dat bestuurt op intuïtie en op ‘een goed gevoel hebben’ bij wat de ander zegt en doet. Hij noemt het ‘de achterkant van je ziel laten zien’. ‘Dat vind ik belangrijk’, zegt hij.
Die koers heeft hij stevig verankerd, en vind je terug in de soms wat breedsprakige bestuurder die Van Ham ook is. Analyseren, weten waar je naartoe wil en dat zeggen. ‘Of ik wel altijd hoorde wat de ander zei…? En of de ander altijd begreep wat ik zei…? Ik denk het niet’, schatert hij het uit. Zelfkennis is hem niet vreemd.
Op de achtergrond pruttelt de koffie. We schenken nog een keer in. Ahmed schuift binnen voor de lunch en Herman trekt de ‘vergaderkleding’ aan. Op pad voor boeren en tuinders en een van zijn laatste vergaderingen als ZLTO-bestuurder.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    14° / 7°
    70 %
  • Zaterdag
    15° / 7°
    70 %
  • Zondag
    15° / 5°
    20 %
Meer weer