Meer monovergisters voor gas

Pieter StokkermansZo zou een aanzienlijk deel van de aardgasproductie op termijn uit de veehouderij moeten komen. Ook remt monovergisting de uitstoot van broeikasgassen.
Vooralsnog zijn het enkel pioniers die monovergisting oppakken. LTO-beleidsmedewerker duurzaamheid Harry Kager is blij met extra financiële prikkels in het vooruitzicht: ‘Monovergisting is nog niet zo eenvoudig en heeft daarom een prikkel nodig.’
Zo komt er met 20 tot 30 kuub biogas per ton mest minder gas vrij dan bij co-vergisters. ‘Door de relatief lage gasproductie kunnen deze vergisters nu financieel niet of nauwelijks uit. Dat komt mogelijk anders te liggen als de overheid de reductie van broeikasgassen financieel gaat belonen.’
Kager denkt dat er mogelijkheden liggen wanneer een aantal ondernemers samen in mono-vergisters investeren, een soort jumpstart. ‘Dan worden in één keer meerdere monovergisters aangeschaft. Zo kunnen niet alleen de aanschafkosten, maar ook de operationele kosten worden gedrukt. Vervolgens kan het netwerk worden uitgebreid.’
De LTO-beleidsmedewerker ziet daarbij vooral kansen voor de melkveehouderij. Dit komt met name doordat met de vergisting ook de uitstoot van het broeikasgas methaan wordt gereduceerd. Een rund stoot relatief veel van dit broeikasgas uit, dat als broeikasgas 25 keer zo zwaar meetelt als kooldioxide.
‘Willen we daadwerkelijk werken aan de broeikasgasreductie, dan is dit een optie’, stelt Kager. ‘Daarbij moet het dan wel zo zijn dat ondernemers die broeikasgassen reduceren worden beloond.’ Ongeveer 30 procent van de methaanuitstoot van de koe kan via vergisting worden gereduceerd.
Vooral bedrijven met een emissiearme vloer zijn voor vergisting geschikt, omdat hier vaak de mest dagelijks van de vloer wordt geschoven. De vergister geeft de beste resultaten met verse mest. Overigens verwacht de LTO-beleidsmedewerker dat niet ieder bedrijf zal leveren aan het aardgasnet. ‘Het is de kunst om gas te leveren van aardgaskwaliteit. Ook moet het bedrijf dan dicht bij het aardgasnet liggen.’
Kager denkt dat het soms gemakkelijker is om de vergisting te koppelen is aan een warmtekrachtkoppeling, die het gas omzet in energie en warmte. ‘Wanneer de mest vervolgens wordt gescheiden, kan de bij de omzetting naar elektriciteit vrijgekomen warmte die dikke fractie hygiëniseren voor bijvoorbeeld export.’