‘Onze hoofdtaak is positie agrariërs te versterken’

Door slechte prijzen en nieuwe regelgeving was 2015 een lastig jaar. Hoe kijkt u daar tegenaan?

‘De regelgeving was een tombola voor de melkveehouderij. De varkenshouders hebben al langer te maken met lage opbrengstprijzen. Die kunnen we niet beïnvloeden maar Agrifirm moet wel zorgen voor nieuwe concepten waarbij ondernemers de best mogelijke technische en financiële resultaten realiseren.
‘Bijvoorbeeld in de pluimveehouderij worden andere, langzamer groeiende rassen gebruikt en daar hoort een ander voermanagement bij. We werken dat met de ondernemer uit. In de akkerbouw werken we met brouwers en mouters aan teeltconcepten voor de meest geschikte gerstrassen, kijkend naar gezondheid en weerbaarheid van bodem en plant.’

U wilde de kennisuitwisseling tussen plant en dier versterken. Is dat gelukt?

‘Ja, binnen Agrifirm wordt intensief samengewerkt tussen de verschillende divisies. Het nieuwe ‘Dairy Mais-concept’ is daar een goed voorbeeld van. Voor de ontwikkeling van dergelijke concepten wordt ook meegedacht door ruwvoerspecialisten die met twee benen in de praktijk staan. Deze innovaties passen in onze Ruwvoertotaal-aanpak, waarmee we veehouders ondersteunen in het realiseren van een maximale ruwvoeropbrengst.’

De hoge fosfaatproductie leidde tot fosfaatrechten. Hebben Agrifirm en de mengvoerindustrie wel voldoende gedaan om het fosfaat in het voer terug te brengen?

‘We zijn continu bezig om zo efficiënt mogelijk te werken. Dat zit in ons denken. We hebben een serie producten met een lager fosfaatgehalte. Hiervan hebben we de prijzen verlaagd. Daarmee leverden we in op marge maar we merken ook na invoering van alle regelgeving voor de melkveehouderij dat de vraag naar deze producten sterk is gegroeid.’
‘Maar er speelt nog iets. Boeren en onze adviseurs kijken ook naar de gezondheid van de veestapel. Het kan niet zo zijn dat we het fosfaatgehalte in het voer verlagen en dat vervolgens de koe door de hoeven gaat. Daarnaast is Agrifirm ook een van de deelnemers in het Mestinvesteringsfonds.’

Kijkend naar bodem en plant: Is er nog winst te behalen met de bemesting?

‘Jazeker. Ik was bijvoorbeeld onlangs bij een akkerbouwer die de bodemgegevens van zijn percelen in kaart had gebracht. Hij wilde dat verder uitdiepen door zijn percelen op te delen in 100 blokjes. Dat leverde zoveel informatie op dat hij het overzicht kwijtraakte. Met het ontwikkelen van software en praktisch toepasbare adviesconcepten kunnen wij helpen de ‘big data’ te ordenen. Dat leidt dan weer tot een heel efficiënt bemestingsadvies.’

En in de veehouderij?

‘We kunnen steeds meer, sneller en exacter meten. En er komen steeds meer kengetallen waarop gestuurd kan worden. Dat past ook in ons denken van ‘slim voeren’. Dat biedt veel kansen voor ondernemers om efficiënter en duurzamer te produceren.’

Waarom investeert Agrifirm ook in het buitenland?

‘We hebben twee mengvoerfabrieken gebouwd in China en in Brazilië voerbedrijven aangekocht. In die landen leveren we vooral speciaalvoeders en voer voor jonge dieren. Groei en winst zitten vooral in opkomende landen als deze. De winst die we daar maken, zorgt voor een hogere nabetaling voor onze leden in Nederland.
‘De Nederlande markt is het meest belangrijk, dat is onze basis. We halen 60 procent van onze omzet van de Nederlandse markt. We investeerden de afgelopen drie jaar niet voor niets 100 miljoen in productielocaties. We zijn een Nederlandse coöperatie met Nederlandse leden en we geloven volop in de coöperatieve ondernemersvorm.’

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    10° / 4°
    30 %
  • Zondag
    11° / 2°
    30 %
  • Maandag
    10° / 0°
    20 %
Meer weer