‘Alsof ik opnieuw leer pootgoed telen’

Daarnaast is Gesink lid van stichting aGroFuture waarin hij samen met collega-akkerbouwers Pieter van Maldegem, Anselm Claassen, Geert Jan Duisterwinkel en Leendert Noordam de mogelijkheden van precisielandbouw verkent. aGroFuture kijkt vooral naar de toepassing van precisielandbouw in de pootgoedteelt, maar doet ook onderzoek in tarwe.

Bodemscans

Gesink heeft de afgelopen jaren veel nieuwe technieken en ontwikkelingen voorbij zien komen. ‘Zo’n vijftien jaar geleden was iedereen bezig met bodemkaarten. De bodemscans van The Soil Company bijvoorbeeld waren prima voor de bepaling van het lutumgehalte en het organische stofgehalte, maar de afgeleide waarden waren minder bruikbaar.’
Daarna verschoof de aandacht naar satellietfoto’s en sensoren op trekkers en machines. Gesink is in principe positief over sensoren, maar plaatst ook een paar kanttekeningen.
‘Het komt voor dat identieke sensoren afwijkende waarden produceren. We kwamen daar in 2014 achter, toen we in gewasscans patronen zagen die onmogelijk veroorzaakt konden zijn door verschillen in het gewas. Een extra kalibratie gaf wel verbetering, maar loste het probleem niet 100 procent op.’
Een laatste bezwaar is volgens de akkerbouwer dat je meerdere sensoren per spuitboom nodig hebt op smalle percelen, bijvoorbeeld als je veel verschillende rassen en klassen verbouwt. Anders mis je de verschillen tussen die perceeltjes, stelt hij. En hoe meer sensoren, hoe duurder.
Min of meer gelijktijdig met de sensoren kwamen luchtopnames van gewassen in beeld als basis voor precisielandbouw. Eerst werden daar vooral satellieten voor ingezet, maar al snel werd duidelijk dat je door bewolking soms erg lang moest wachten op het volgende geschikte beeld. Vliegtuigjes en drones namen de rol over.
aGroFuture heeft begin 2015 geïnvesteerd in een tweedehandsdrone met een eenvoudige daglichtcamera. De plannen voor de aanschaf van een nieuwe drone met een camera die ook gewasreflecties kan meten in andere delen van het lichtspectrum, liggen klaar.

Taakkaarten

Bij precisielandbouw is een cruciale rol weggelegd voor taakkaarten. Met een taakkaart worden de metingen van een satelliet, drone of sensor omgezet in een actie, bijvoorbeeld een hogere mestgift of een nauwere pootafstand. De leden van aGroFuture proberen de taakkaarten zoveel mogelijk in eigen beheer te maken.
‘Als je een taakkaart afneemt van bijvoorbeeld een sensorfirma, weet je niet hoe ze de meetwaarden hebben omgezet. Wij hebben graag inzicht in de ruwe data. Dan zie je zelf de verschillen en dat zet je aan het nadenken. Waarom is deze waarde hier hoger en daar lager? En hoe kan ik daarmee sturen?’

Uitproberen

Ook bij dat sturen is het vaak nog een kwestie van uitproberen en fouten maken. Moet je een perceelgedeelte met veel biomassa extra stikstof geven of kun je die stikstof beter verdelen over een stuk dat achterblijft? ‘Dat wordt wel het Robin Hood-King John-dilemma genoemd. Robin Hood stal van de rijken en gaf het aan de armen. King John deed het omgekeerde. Maar wat is nu het beste? We moeten nog veel uitzoeken.’
Bij dat zoeken werkt aGroFuture waar mogelijk samen met het bedrijfsleven. Zo hebben de leden in de wintertarwe een Yara N-sensor mogen gebruiken waarvan ze de meetwaarden weer koppelden aan metingen van een biomassasensor aan de spuitboom.
Voor plaatsspecifiek bemesten in de pootaardappelen heeft aGroFuture vorig jaar via Agrifirm een biomassakaart en taakkaart laten maken met behulp van de eBee-drone van loonbedrijf Thijssen. Twee deelnemers werken al met variabele pootafstand op basis van grondsoortverschillen.
De voordelen van de activiteiten van aGroFuture zijn nu nog vooral kwalitatief. ‘We zijn vooral bezig met het verzamelen van data’, zegt Gesink. ‘Maar dat zet je al aan het denken. Je ziet verschillen in het gewas en gaat op zoek naar de oorzaak. Dat is een leerzaam proces.’

Kwalitatief

Uiteraard verwachten de telers dat precisielandbouwtechnieken in de toekomst een kwalitatief beter gewas en een hoger rendement gaan opleveren. Het is lastig om dat nu al aan te tonen.
Gesink: ‘Probleem is dat je altijd met veel variabelen te maken hebt. Het is moeilijk aan te tonen dat een effect wordt veroorzaakt door juist die ene teeltmaatregel. Maar die speurtocht motiveert ons. Het is soms net alsof we opnieuw pootgoed leren telen.’

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    14° / 8°
    20 %
  • Zondag
    15° / 4°
    20 %
  • Maandag
    11° / 8°
    95 %
Meer weer