Fiat voor hoger Rendac-tarief

Pieter StokkermansDie richtlijn houdt onder meer in dat de werkgroep Destructietarieven meekijkt naar de totstandkoming van die tarieven. In die werkgroep zitten vertegenwoordigers van NVP, NMV, NVV, KSG en LTO, het ministerie en Rendac.
LTO-portefeuillehouder Diergezondheid Toon van Hoof stelt dat de nieuwe prijs volgens de in de afspraken gestelde richtlijnen is vastgesteld. ‘Die berekeningssystemathiek hebben we met elkaar afgesproken. Op het moment dat de prijs op de juiste manier is bepaald, kunnen we hier geen kritiek op hebben.’
Het stoptarief neemt gemiddeld met 4,7 procent toe. Zo kost een reguliere stop 19,11 euro. In 2015 was dit nog 17,93 euro. Een geplande stop stijgt van 12,83 euro in 2015 naar 13,73 euro in 2015. Volgens een woordvoerder van destructiebedrijf Rendac ligt de oorzaak hiervan in een daling van het aantal stops.

Aanpassing gewichten

Rendac heeft na overleg met de werkgroep Destructietarieven de aanvankelijk ingestelde normgewichten aangepast richting werkelijke gewichten. Dat leidde tot een forse spreiding in tarieven. Een rund ouder dan een jaar daalt zelfs van 20,80 euro in 2015 naar 19,55 euro dit jaar, terwijl een paard stijgt van 14,56 euro naar 19,50 euro in 2016. Een zeug steeg van 6,35 euro naar 7,79 euro dit jaar
Gemiddeld stijgt het tarief per dier met 3,9 procent. Dit tarief bestaat uit de verwerkingskosten, de verkoopopbrengsten en de verrekening van de overschotten/tekorten uit voorgaande jaren. Zo is in het tarief van dit jaar het tekort over 2014 verwerkt.
De verwerkingskosten van kadavers naar dierlijk vet en eiwit stijgen dit jaar naar verwachting met 7,4 procent. Oorzaak hiervan is een te lage inschatting van die verwerkingskosten in 2015 en extra afschrijvingskosten dit jaar. Dat laatste is het gevolg van noodzakelijke investeringen.
Beter nieuws komt er vanuit de afzet. De verkoopopbrengsten van eindproducten stijgen waarschijnlijk. Die opbrengsten worden in mindering gebracht op de verwerkingskosten. De prijzen voor de eindproducten fluctueren omdat ze worden bepaald door vraag en aanbod op de wereldmarkt en door alternatieve afzetkansen.
Rendac verwacht voor 2016 een stijging van de verkoopprijzen van 13,6 procent ten opzichte van 2015.