Kringloopwijzer nog niet beleidsrijp

De Kringloopwijzer is nog niet geschikt voor de verantwoording van fosfaatrechten in de melkveehouderij. Daarvoor moet het instrument op een aantal punten worden verbeterd.

Dat blijkt uit onderzoek van het Louis Bolk Instituut in opdracht van de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO) en Natuur & Milieu. De Kringloopwijzer brengt de kringlopen van stikstof, fosfor en koolstof op bedrijfsniveau in beeld. Het instrument helpt ondernemers hier zo efficiënt mogelijk mee om te gaan. Met ingang van dit jaar is de Kringloopwijzer voor alle melkveehouders verplicht.
Mogelijk krijgt de Kringloopwijzer een extra rol toebedeeld, om als verantwoordingsinstrument te dienen voor de fosfaatrechten. Het Louis Bolk Instituut heeft de haalbaarheid hiervan onderzocht door specialisten op dit vlak te interviewen. Hieruit kwam naar voren dat de gegevens van de Kringloopwijzer betrouwbaarder zijn dan de eerder geïntroduceerde bedrijfsspecifieke excretie. Dit komt doordat meer gegevens aan elkaar zijn gekoppeld.
Toch is de Kringloopwijzer vooralsnog niet geschikt als beleidsinstrument, stellen de onderzoekers. Deze moet op een aantal punten worden verbeterd. Zo is de Kringloopwijzer fraudegevoelig.
Volgens Wiebren van Stralen, beleidsadviseur Milieu bij LTO, wordt er gewerkt aan het borgen van de getallen. 'De Centrale Database Kringloopwijzer ondervangt dit met automatisch ingelezen gegevens en een controlepakket wordt momenteel ontwikkeld.'
Ook kwam uit het onderzoek dat de Kringloopwijzer niet voor ieder bedrijf evengoed toepasbaar is. Voor Van Stralen is dit herkenbaar. 'De Kringloopwijzer is voor een gemiddeld melkveebedrijf geschikt. Hier is in het kader van de Kringloopwijzer vooraf ook aan gemeten bij Koeien & Kansen-bedrijven', vertelt hij.
'Het wordt al snel anders bij een afwijkende bedrijfsvoering. Denk aan een bedrijf met veel gras in het rantsoen of het hebben van andere diersoorten en andere gewassen dan gras en mais', zegt Van Stralen.
'Zelfs een ander type koe, zoals Jersey of Fries-Hollands, geeft een afwijking. Lichte koeien hebben relatief minder onderhoudsvoer nodig dan de gemiddelde koe waar in de Kringloopwijzer mee is gerekend. Het is de vraag of zo'n koe bij dezelfde omzettingen even efficiënt is. Dat maakt de Kringloopwijzer voor een deel van de veehouders niet geschikt.'
Hetzelfde geldt voor bedrijven met veel weidegang, natuurland of een zelfvoorzienend bedrijf. Zo zijn er verliezen bij de voerproductie en bemesting, iets wat bij een bedrijf dat voer aankoopt niet wordt meegenomen.
Diana Saaman van het netwerk van grondgebonden boeren Grondig vindt dat niet fair. 'Zo ontstaat een te positief beeld van de stikstof- en fosfaatefficiëntie op met name intensieve(re) bedrijven. De focus op stuurbaarheid geeft een prikkel tot intensivering.'
Van Stralen weet dat er ook op het vlak van brede toepasbaarheid volop verbeteringen worden doorgevoerd, hoewel dat niet altijd even gemakkelijk is. 'Hoe maak je bijvoorbeeld een goede berekening voor een bedrijf met veel weidegang? Het eten aan het voerhek is te bepalen, net als de melkgift. Maar wat eten de koeien in de wei?'
Volgens de LTO-beleidsadviseur laat het ministerie van Economische Zaken de Kringloopwijzer toetsen door de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM). 'Dat is de finale keuring.'

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    14° / 8°
    20 %
  • Zondag
    15° / 4°
    20 %
  • Maandag
    11° / 8°
    95 %
Meer weer