Pluimveesector verbaasd over conclusies NVWA

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) concludeert op basis van dierenwelzijnsinspecties in 2015 en de 1e helft van 2016 dat op slechts 48 procent van de bedrijven sprake is van naleving van de welzijnsregels. De overtredingen bij de andere 52 procent betroffen vooral te nat strooisel, overbezetting en te weinig licht.

Onduidelijkheid

De NVWA verklaard een bedrijf niet-akkoord wanneer niet aan alle wettelijke regels voor welzijn wordt voldaan. 'Het aantal regels op het gebied van dierenwelzijn van vleeskuikens is groot. En dat geldt ook voor voorschriften op administratief gebied. De bevindingen van de NVWA zeggen niets over omvang en ernst', zegt Hubers.

De pluimveesector wil snel in overleg met de NVWA over de cijfers om te kunnen beoordelen wat de exacte situatie is en wat de sector kan doen om de naleving te verbeteren. 'Wij zijn positief over de meer gerichte handhaving door de NVWA, maar ongelukkig met ondoorzichtige vergelijkingen met andere diersoorten', geeft Hubers aan.

Hubers gaat hierover het gesprek aan met de NVWA. Maar voor hem staat buiten alle discussie dat pluimveebedrijven aan alle eisen horen te voldoen. 'Bij serieuze overtredingen op welzijnsgebied moet serieus worden opgetreden', vervolgt Hubers.

Extra handhaven vanaf februari

In reactie op de bevindingen onderneemt de NVWA vanaf februari een aantal gerichte handhavingsacties op bedrijven met vleeskuikens. De autoriteit doet dat in de vorm van bedrijfsinspecties, maar ook in de vorm van administratieve handhaving.

De NVWA geeft aan hierbij nauw samen te werken met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) die gegevens over aantallen dieren bijhoudt en bezettingsgraad kan monitoren.

Overige sectoren

Op basis van bevindingen concludeert NVWA dat melkveehouders, kalverhouders, paardenhouders, nertsenhouders en konijnenfokbedrijven met een naleving van 85 tot 98 procent het hoogst scoren.

Legkippenhouders (naleving 77 procent) en varkenshouders (naleving 74 procent) vormen de middengroep. Meest voorkomende overtredingen bij deze groepen veehouders zijn overtredingen op het gebied van huisvesting, de hoeveelheid licht en de aanwezigheid van schoon drinkwater en voer.