Voorkom verspreiding van wilde haver

De NAK zal vervolgens de gebruiker (teler) van het betreffende perceel hierop aanspreken en wijzen op de wettelijke verplichting om dit onkruid te bestrijden. Indien de wilde haver niet of niet tijdig verwijderd en vernietigd wordt, onderneemt de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) actie en kan de teler een geldboete krijgen.

Op percelen in Midden- en Zuid-Nederland moet het onkruid sowieso vóór 1 juli verwijderd en vernietigd zijn, ook als de zaden nog niet rijp zijn en uitvallen. Voor percelen in de provincies Groningen, Friesland, Drenthe, Flevoland, Overijssel en Noord-Holland is dat voor 15 juli.

Afkeuring

Wilde haver mag niet aanwezig zijn in zaaizaad van granen, anders volgt afkeuring. Door de verplichting om wilde haver tijdig te verwijderen en te vernietigen wordt vermeerdering en verspreiding voorkomen. Belangrijk is om vervuiling van (zaaizaad)partijen via de maaidorser te voorkomen.

In 2016 zijn door de NVWA negen meldingen ontvangen. Daarnaast heeft de NAK zelf 25 besmettingen vastgesteld. Bijna de helft van de meldingen kwam uit de provincie Drenthe, gevolgd door Zeeland met zes meldingen en Limburg met vijf meldingen. Uit Friesland, Gelderland, Groningen, Zuid-Holland en Utrecht kwamen een tot enkele meldingen.

Afhandeling

Op twee na hebben de betreffende ondernemers de wilde haver op aanwijzing van de NAK alsnog bestreden. De twee dossiers zijn door de NAK overgedragen aan de NVWA voor verdere afhandeling.

De NVWA is verantwoordelijk voor de uitvoering en handhaving. Indien een teler geen of onvoldoende actie onderneemt kunnen bestuurlijke maatregelen worden opgelegd en/of volgt strafrechtelijke afhandeling.

Melden van wilde haver kan via telefoon (0900-0625, keuze 4) en email: teeltvoorschriften@nak.nl.