Minister weigert compensatie aan rozenteler met bruinrot

Dat heeft verantwoordelijk minister Carola Schouten vandaag laten weten in antwoord op Kamervragen van Maurits von Martels (CDA) en VVD'ers Arne Weverling en Helma Lodders. Schouten rekent de uitbraak van Ralstonia, oftewel bruinrot, tot het bedrijfsrisico.

Nadeelcompensatie

De Kamerleden hadden gevraagd of een beroep kon worden gedaan op artikel 4 van de Plantenziektenwet, waarbij nadeelcompensatie mogelijk is. Schouten meldt dat in dit geval geen beroep kan worden gedaan op de Plantenziektenwet. Ze verwijst daarbij naar een recente uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven in vergelijkbare zaken.

Ook in Europees verband ziet Schouten geen mogelijkheden tot compensatie omdat niet aan de voorwaarden is voldaan. Deze voorwaarden houden onder meer in dat de steun alleen kan worden toegekend voor plantenziekten waarvoor wettelijke, bestuursrechtelijke of administratief vastgestelde voorschriften gelden.

Begrip

'Hoezeer ik ook begrip heb voor de situatie waarin individuele bedrijven zich kunnen bevinden als gevolg van de schade door rechtmatig toegepaste (bestrijdings)maatregelen bij Ralstonia, blijf ik van mening dat dergelijke schade in beginsel behoort tot het normale bedrijfsrisico van een professionele teler', aldus Schouten.

De uitbraak bij het getroffen bedrijf was extra wrang voor de ondernemer omdat dit bedrijf in 2016 ook werd getroffen door een uitbraak van bruinrot. De bron van de besmetting is volgens Schouten nog niet gevonden. De NVWA heeft een aantal mogelijke bronnen onderzocht maar zonder resultaat.