PlanetProof komt boer tegemoet voor droge zomer

Door de extreem droge zomer van 2018 waren de prestaties van de melkveehouders op de drie punten duidelijk afwijkend van andere jaren. FrieslandCampina had om een calamiteitenregeling gevraagd. Deze mogelijkheid is namelijk in het certificatieschema On the way to PlanetProof Melk voorzien in geval van extreme omstandigheden.

Wageningen University & Research (WUR) heeft op basis van een analyse van KNMI-weergegevens van de afgelopen veertig jaar geconcludeerd dat 2018 inderdaad een extreem jaar was ten aanzien van droogte en temperatuur. Daarnaast is op basis van de analyse door WUR vastgesteld dat de criteria 'percentage eiwit van eigen land, 'stikstofbodemoverschot' en 'broeikasgasemissie' droogtegevoelig zijn.

Kringloopwijzer

Vervolgens zijn op basis van de landelijke gegevens van de Kringloopwijzer uit 2017 en 2018 de effecten op de eerdergenoemde criteria in beeld gebracht. De gegevens van de Kringloopwijzer over 2018 waren eind mei beschikbaar.

De uitkomsten van het onderzoek zijn begin juni in een door het college van deskundigen bepaalde calamiteitencommissie van experts besproken. Het college heeft dinsdag besloten om de calamiteitenregeling vast te stellen door eenmalig de volgende correcties toe te staan op de prestaties per melkveebedrijf in 2018:

• + 10 procentpunten eiwit van eigen land
• - 35 kilo N-bodemoverschot/hectare
• - 25 gram CO2 eq-emissie per kilo melk

Vertrouwen

De vastgestelde correctie voor 2018 wordt in de berekening van de meerjarengemiddelden meegenomen. De toegekende calamiteitenregeling geldt voor alle (potentiële) deelnemers aan het On the way to PlanetProof keurmerk.

Het college is ervan overtuigd dat de vaststelling van deze calamiteitenregeling belangrijk is om voldoende vertrouwen te bieden aan melkveehouders in het certificatiesysteem. Rond de 10 procent van de Nederlandse melkveehouders voldoet aan de eisen die aan het PlanetProof-keurmerk worden gesteld.