Inzicht leidt tot stabielere organische stof

Met beter begrip voor het langetermijneffect van organische stromen in het bouwplan kan een teler werken aan stabiliteit. Dat is goed voor de productie en het halen van doelstellingen rond stikstof en fosfaat.

Inzicht+leidt+tot+stabielere+organische+stof
© Jorg Tönjes

Van langjarig onderzoek op proefbedrijf Vredepeel was al bekend dat een systeem met ruime aanvoer van organische stof goed is voor een stabiele, hogere opbrengst. De onderzoeksprojecten Planty Organic en Evergreen Akkerbouw op proefbedrijf Kollumerwaard laten zien in hoeverre organische stof van eigen land kan worden 'geoogst'.

Andere proeven in Lelystad en Valthermond geven ook data en meer inzicht in de rol van organische stof. Met name het effect op langere termijn trekt de aandacht, want daar kan weleens meer voordeel uit te halen zijn, dan we tot nu toe aannamen.

Onderzoekers Marjoleine Hanegraaf van WUR Open Teelten, Bart Timmermans van het Louis Bolk Instituut en zelfstandig onderzoeker Geert-Jan van der Burgt denken dat telers met inzichten over de werking van organische stof de balans naar een hoger niveau kunnen trekken. De eisen aan efficiëntie, lage emissies – bijvoorbeeld geëist in de Kaderrichtlijn Water – en weerbare systemen kunnen beter bereikbaar zijn door integraal te kijken naar bodem, bemesting en teelt.

Inleveren op de gewasopbrengsten is bijna altijd een slecht plan

Marjoleine Hanegraaf, onderzoeker WUR Open Teelten

Bij Planty Organic leerde Van der Burgt veel over de interne kringloop. Het project zoekt naar maximaal gebruik van eigen organische stof en stikstof door die gericht te produceren met maaimeststoffen, groenbemesters en gewasresten. De klaver-luzerne gaat niet eerst door de koe, maar direct op het land.

'Je kunt de organischestofvoorziening voor een groot deel tackelen door eigen productie', zegt Van der Burgt. Door maximaal stikstofbindende gewassen in te zetten, daalt de behoefte om stikstof van buiten aan te voeren in de vorm van mest. De verminderde aanvoer van organische stof kan intern worden opgevangen.

Volgens Timmermans is dit systeem heel 'intern gericht'. Het voert met de oogst wel continu andere elementen af, waaronder fosfaat. 'Daar staat tegenover dat systemen met veel mestaanvoer vaak te veel fosfaat aanvoeren. Daarom moet je de twee systemen van interne en externe kringloop balanceren.'


Geert Jan van der Burgt geeft uitleg bij proeven van Evergreen Akkerbouw op proefbedrijf Kollumerwaard.
Geert Jan van der Burgt geeft uitleg bij proeven van Evergreen Akkerbouw op proefbedrijf Kollumerwaard. © Jorg Tönjes

Van der Burgt zegt dat het experiment in Vredepeel hier veel over leerde: 'Bij de behandeling met laagorganische stof lever je op termijn opbrengst in. Het is dus niet voor niets dat je organische stof meeneemt in de beoordeling van de vruchtbaarheid van de grond.'

Hanegraaf denkt dat de langetermijnproeven goed zijn om de uitersten te verkennen, iets wat voor de praktijk te risicovol is. 'Je kunt als teler zelf kiezen welke aanpak het beste past bij je eigen management. Misschien leun je sterk op die externe kringloop, misschien meer op de interne.'

Timmermans: 'De systeemproeven in verschillende delen van het land zijn goede regionale thermometers. Kijk je naar de fosfaatbalans, dan zie je vaak een netto afvoer bij hoge producties. Op fosfaatrijke grond kan dat, op andere gronden niet zo lang. Het heeft dus veel met bodemsoorten te maken.'


Stikstof- en koolstofplanner NDICEA

Hanegraaf en Van der Burgt wijzen ook op die regionale bodemcomponent. De data uit regionaal onderzoek voegen veel toe aan de modellen om te rekenen met kringlopen. 'Voor inzicht daarin kunnen we die gegevens gebruiken en eraan gaan rekenen', stelt Hanegraaf. 'Wij gebruikten de stikstof- en koolstofplanner NDICEA, want dat is bij uitstek een tool die rekent met stikstof, fosfaat en organische stof in tijdsperspectief.'

Dit model houdt volgens Van der Burgt rekening met de gevolgen van teelthandelingen over de doorgaande tijd. 'Je zou dus vooruit kunnen kijken naar volgende jaren en rekening kunnen houden met de werking van groenbemesters op termijn. Vergelijk bijvoorbeeld wat er gebeurt als je een vroeger ras twee weken eerder kunt oogsten en daardoor een beter geslaagde groenbemester kunt telen.'

Overigens vindt Hanegraaf kilo's oogst inleveren wel bijna altijd een slecht plan. 'Maar inleveren op organische stof is ook geen goed plan, want dat kost je over een paar jaar opbrengst.'


Slimme gewasvolgorde

Optimaal is het volgens de drie deskundigen als de stikstof die later bij mineralisatie van de organische stromen vrijkomt, weer ten goede komt aan de volgende teelten. Een slimme gewasvolgorde, inclusief inzet van groenbemesters, is essentieel voor stikstofbenutting en rendement voor de teler. NDICEA kan dat vooraf uitrekenen, inclusief de organischestofbalans, en toont waar 'uitspoelingslekken' zitten.

NDICEA is door onderzoekers gebouwd en vraagt wat gebruikservaring om eruit te halen wat erin zit. Volgens Van der Burgt zal een adviseur met meerdere klanten hier beter gebruik van kunnen maken dan een individuele teler. Timmermans: 'Ik denk wel dat je de werking een beetje in je hoofd krijgt als je het model wat langer gebruikt.'


Rekening houden met timing

Timmermans verwacht dat op deze manier werken bijdraagt aan de goede timing van teelthandelingen. 'Daar houdt het programma rekening mee. Wat doet een meststof, wat doen gewasresten of compost? Je krijgt inzicht in de korte en lange termijn.'

Daarnaast wijst Van der Burgt op het stapelingseffect: 'Je ziet over de tijd wat allemaal bijdraagt aan de bodemvruchtbaarheid en hij rekent gewoon knalhard uit hoeveel stikstof er volgend jaar vrijkomt.' Daarmee is het model een welkome aanvulling op laboratoriumanalyses, denkt hij.



Praktijkadvies evenwichtig op hoger niveau

Onderzoeker Marjoleine Hanegraaf van WUR Open Teelten pleit voor een advies dat rekening houdt met de hoofdelementen (NPK), micronutriënten en organische stof. 'Dan heb je het advies evenwichtig op een hoger niveau', stelt ze. Onderzoeker Bart Timmermans van het Louis Bolk Instituut denkt dat vooral meer ruimte en tijd moeten worden meegenomen in de beoordeling van bodemvruchtbaarheid en bij adviezen aan telers over bemesting.

Zelfstandig onderzoeker Geert-Jan van der Burgt ziet een uitdaging in het maken van een goede vruchtwisseling en het daaruit voortvloeiende bouwplan. 'Alles wat je intern produceert aan stikstof, organische stof en bodemvruchtbaarheid hoef je niet bij te kopen.'

Efficiëntie is niet alleen kijken naar de korte termijn, benadrukt Hanegraaf. 'Bereken de stikstofefficiëntie anders.' Bij de rekensom aan stikstof kan de teler rekening houden met wat mest, gewas, groenbemesters en bodemverbeteraars bijdragen aan de voorziening van gewassen in volgende jaren.


Kijken naar lange termijn

De drie deskundigen denken dat telers vooral moeten kijken naar de gevolgen van keuzes over meerdere jaren, die bepalen hoe de interne en externe kringloop eruitzien op landbouwpercelen. Hanegraaf stelt dat de verliezen van stikstof uit de landbouw lager zullen zijn door te rekenen met de werking van organische stromen over langere termijn.

Timmermans verwacht dat de organischestofbalans beter kan, maar dat een zeer hoge stikstofefficiëntie, zoals die op Planty Organic wordt gerealiseerd, praktijkbreed niet haalbaar is. 'Wel kunnen we het beter doen dan nu.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Maandag
    18° / 5°
    20 %
  • Dinsdag
    21° / 10°
    45 %
  • Woensdag
    23° / 11°
    60 %
Meer weer