Adema: 'Motie bio-industrie De Groot is belangrijk signaal'

De motie van De Groot, die steun kreeg van alle linkse partijen en de PVV, roept op tot het uitfaseren van 'de bio-industrie', zoals De Groot het noemt.

Per brief laat Adema weten dat hij de wens van De Groot deelt om over te gaan op een dierwaardige veehouderij, met als basis het familiebedrijf. Hij noemt het aannemen van de betreffende motie een 'bestendiging van de lijn van de Kamer om toe te willen naar een dierwaardige veehouderij'.

'Hoewel het uitfaseren van bepaalde vormen van veehouderij en/of het omvormen van sectoren zeer complexe opgaven zijn die niet zonder meer door één kabinet, laat staan een demissionair kabinet, kunnen worden geregeld, geeft de Kamer hier een belangrijk signaal mee af. Ik zal de geuite wens zo goed als mogelijk inpassen in mijn beleid, maar zie het signaal ook als waardevol voor een nieuw te vormen coalitie en de afspraken die daar zullen worden gemaakt', schrijft Adema.

'Zeer teleurstellend', noemt De Groot de reactie van de minister. Hij vindt dat de minister de oproepen van de Kamer 'niet zomaar kan negeren' en verwacht dat Adema snel met 'concrete stappen' komt om dierenwelzijn te verbeteren. Adema stelt in zijn brief dat hij de Tweede Kamer voor de zomer verder informeert over de motie.

Voor de bühne

Vanuit de sector werd eerder afkeurend gereageerd op de motie. Deze getuigt niet van verstand en inzicht, vindt voorzitter Kees de Jong van de vakgroep Pluimveehouderij van LTO/NOP. Hij noemt het vooral een motie voor de bühne. 'De Groot slaat op zijn oude aambeeld. Het heeft geen toevoeging aan de verduurzaming van de veehouderij.'

Kalveren

De minister reageert in zijn brief ook op een tweede motie, van De Groot en Pieter Grinwis (ChristenUnie). Die is ingestoken op koersen op de omvang en belangen van de Nederlandse melkveehouderij bij de inrichting van de kalverhouderij. Adema deelt dit uitgangspunt, schrijft hij. 'Ik zal uitwerken welke mogelijkheden er zijn om daar meer op te sturen en uitwerken wat van deze opties de voor- en nadelen en juridische kaders zijn.'