Scheurverbod grasland komt toch in zicht

Jan van Liere en Han ReindsenDat zegt Luchina van Goor van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Op een akkerbouwbijeenkomst in Midwolda (Gr) wees ze deze week op de vergroeningseisen in het nieuwe GLB.
Naast ecologische aandachtsgebieden en gewasdiversificatie op bouwland stelt Europa voortaan ook eisen aan het in stand houden van de oppervlakte blijvend grasland. Die mag niet meer zakken dan 5 procent ten opzichte van het referentiejaar 2012.
Het aandeel blijvend grasland in Nederland daalt wel. De kans dat in de toekomst maatregelen worden genomen is daardoor groter geworden, zegt Van Goor.
Zodra er een daling van 3 procent optreedt, wil de overheid maatregelen nemen om het scheuren van blijvend grasland te beperken. En wanneer het aandeel blijvend grasland meer dan 5 procent daalt ten opzichte van 2012, eist de Europese Commissie een scheurverbod en een individuele herinzaaiplicht voor iedereen die toch blijvend grasland wil omzetten. Het nieuw in te zaaien grasland mag dan vijf jaar niet worden omgeploegd.
Dergelijke regels beperken de bedrijfsvoering van veehouders, maar ze hinderen ook de uitruil van gronden tussen akkerbouwers en veehouders.
Volgens LTO Nederland zijn er nog geen aanwijzingen dat de grens van 3 procent is bereikt en dat het ministerie van EZ maatregelen zou voorbereiden.
LTO-directeur Thijs Cuijpers herinnert er wel aan dat eerder enige zorg is geuit over ontwikkeling van het areaal blijvend grasland. ‘Maar we hebben nu geen signalen dat het nodig is om in te grijpen.’
Het is overigens de vraag of RVO over de juiste gegevens beschikt om de afname ten opzichte van 2012 precies te berekenen. Juist de afgelopen weken heeft de dienst boeren aangeschreven met vragen over de registratie van hun grasland in 2012, 2013 en 2014.
Grasland kan worden aangemeld onder de code tijdelijk of blijvend. Het is niet onwaarschijnlijk dat de gegevens van RVO niet overeenkomen met de actuele situatie, omdat het onderscheid tussen tijdelijk en blijvend grasland tot nu toe niet erg belangrijk was.
Voor boeren is het zaak om goed na te gaan of de RVO-registratie overeenkomt met de werkelijkheid, omdat men er mogelijk later op afgerekend wordt.

Gecombineerde opgave

Als er maatregelen worden opgelegd, gebeurt dat waarschijnlijk niet voor de tweede helft van volgend jaar. Dan zijn de resultaten van de Gecombineerde opgave bekend en kan RVO een zuivere vergelijking maken met de situatie in 2012.
Voor boeren zou dat een confrontatie met nog meer regelgeving betekenen, maar ook RVO zou er een forse taak bijkrijgen. De toepassing en controle van dergelijke regelgeving die alle gebruikers van grasland raakt, brengt veel werk met zich mee.