'Vertel het grote verhaal van voedsel'

Kranenburg kreeg deze week een bus vol internationale landbouwjournalisten op bezoek in de kaasmakerij van coöperatie Hollandsche Meesters in de Gelderse Vallei. Ze vroegen hem het hemd van het lijf over het maken van de Jersey-, Montbeliarde-, Blaarkop- en geitenkaas, over de afzet en de opbrengst. De journalisten hielden niet op met fotograferen, want wat is er nu Hollandser dan het maken van kaas?

Het bezoek was onderdeel van het jaarcongres van de Internationale Federatie van Agrarische Journalisten (IFAJ). Onder het motto Dutch Roots kwamen daarvoor bijna tweehonderd landbouwjournalisten uit de hele wereld naar Nederland. Gastheer was de Nederlandse Vereniging van Land- en Tuinbouwjournalisten, samen met Wageningen University & Research.

Het meerdaagse programma bevatte vooral excursies naar uiteenlopende agrarische bedrijven in het hele land, van Zeeland tot Groningen, waar de journalisten kennis konden nemen van de laatste ontwikkelingen in de Nederlandse agrosector.

Bredere boodschap

Maar tijdens de officiële congresdag, donderdag in Wageningen, kregen ze ook een bredere boodschap mee voor als ze thuis weer achter hun bureau zitten. 'Jullie moeten het grote verhaal van voedsel vertellen', hield bestuursvoorzitter Wiebe Draijer van Rabobank de journalisten voor. 'Het is een belangrijk verhaal dat moet worden verteld als we in 2050 tien miljard mensen willen voeden.'

Draijer trok een vergelijking met het klimaatprobleem. 'Dat is het eerste grote verhaal en is inmiddels bekend. Het verhaal van voedsel is niet zo'n makkelijke boodschap. Maar als journalist op het gebied van voedsel móet je dit belangrijke verhaal onder de aandacht brengen.'

Vier veranderingen

Hij meent dat vier veranderingen nodig zijn om in de toekomst over voldoende duurzaam geproduceerd voedsel te beschikken. Zo moet de wereld toe naar duurzaam gebruik van land en verbetering van de productie. Tevens moet de volatiliteit van de markt worden teruggedrongen, zodat er voldoende kansen zijn voor boeren om een inkomen te verdienen. Ook is het belangrijk dat er een verschuiving komt naar gezondere voeding.

Met die productieverbetering en een nieuw verdienmodel is de kaascoöperatie Hollandsche Meesters volop bezig. Twaalf veehouders uit het gebied tussen Rhenen en Bennekom laten er een deel van hun melk verwerken tot hoogwaardige kazen waarbij de consument precies kan zien van welk bedrijf en welk koeienras ze afkomstig zijn.

Op de vraag van journalisten wat dat oplevert, antwoordde Kranenburg dat zijn coöperatie drie cent meer betaalt voor de geleverde melk dan de gevestigde zuivelindustrie. Waarmee hij maar wilde zeggen dat samenwerking loont.

Mede-auteur: Jan van Liere