Hokjesdenken blokkeert stap naar meer kringlooplandbouw

Het Nederlandse landbouwbeleid is sinds 2018 gericht op een transitie naar kringlooplandbouw. De samenwerking tussen akkerbouwers en veehouders kan daarbij een belangrijke rol spelen en wordt door velen zelfs als de basis voor dit systeem gezien.

Hokjesdenken+blokkeert+stap+naar+meer+kringlooplandbouw
© Tony Tati

In de praktijk wordt samenwerken tussen de sectoren niet bevorderd of door het beleid zelfs tegengewerkt. Zo zijn sectoren en beleidsmakers nauwelijks ingesteld op het soepel laten rouleren van percelen.

Neem het mestoverschot. De focus van de veehouderijsector ligt daarbij op het wegwerken van mest. Er wordt onvoldoende de connectie gemaakt met de bijdrage van dierlijke mest aan een gezonde bodem of aan het optimaal voeden van gewassen.’

Specialisatie in de landbouw is volgens projectleider Martijn Buijsse van Wageningen University & Research een erfenis van voormalig landbouwminister Sicco Mansholt. Die stimuleerde specialisatie van landbouwbedrijven en luidde daarmee min of meer het einde in van traditionele gemengde bedrijven.

Veel problemen in de landbouw worden sectoraal opgepakt

André Hoogendijk, directeur BO Akkerbouw

Er is juist steeds meer onderbouwing om grote thema’s die spelen in de landbouw wel sectoroverstijgend op te pakken, betoogt Buijsse. ‘Of het nu gaat om bodemkwaliteit, klimaat, natuur of inrichting van het landschap; het is makkelijker om goede resultaten te halen als je het gezamenlijk aanpakt.’ Het zijn de eerste contouren die zich aftekenen in het project waarbij hij betrokken is. Daarin wordt gekeken naar vormen van samenwerking tussen de akkerbouw en veehouderij.

Voorzitter Erwin Wunnekink van LTO Melkveehouderij ziet twee grote thema’s waarin veehouderij en akkerbouw wat voor elkaar kunnen betekenen. ‘Voor de veehouderij is dat afzet van mest. Akkerbouwers kunnen door samenwerking meer rust inbouwen in hun bouwplan.’


Pilots in vijf gebieden

Namens Wageningen University & Research is Buijsse projectleider van het project Pilots samenwerking Akkerbouw en Veehouderij in de vijf experimenteergebieden Kringlooplandbouw. Deze vijf gebieden zijn te vinden in Noord-Friesland (Ecolana), Drenthe, Twente (Twickel), Flevoland, de Achterhoek en De Peel. Hij wijst erop dat na de Tweede Wereldoorlog het specialiseren in de Nederlandse landbouw alleen maar is bevorderd.

‘Het aantal gemengde bedrijven nam af, maar ook de regionale samenwerking tussen bedrijven werd niet meer gestimuleerd. Het beleid werd opgesplitst in sectorgericht beleid. Productiedoelstellingen waren gemakkelijker te realiseren via het individuele bedrijf.’

Dat is in alle geledingen van de landbouw terug te zien, vindt Buijsse. ‘Niet alleen bij de overheid, maar bijvoorbeeld ook bij LTO en mijn eigen WUR. Vrijwel overal in de landbouw is de kennis versnipperd en ingedeeld in eilandjes. We zijn daardoor steeds minder gewend geraakt om samen in de regio’s problemen aan te pakken.’


Lokale coöperaties

André Hoogendijk van BO Akkerbouw spreekt regelmatig zijn voorkeur uit voor een gemengde bedrijfsvoering. Hij is vooral voorstander van lokale coöperaties waarin akkerbouwers en veehouders samen afspraken maken over het gebruik van grond, de aanvoer van veevoer en de afvoer van mest.

BO Akkerbouw is betrokken bij een onderzoeksproject om de behoefte van gewassen en beschikbaarheid van mest beter op elkaar af te stemmen. Hoogendijk legt uit dat het doel van dit onderzoek is om veehouders meer te laten nadenken over de toepassing van de dierlijke mest. ‘Een veehouder moet met akkerbouwers in overleg over de gewenste mestsoort en daarop zijn stalsysteem aanpassen’, stelt hij voor.

Vanuit de praktijk wordt de meerwaarde van de samenwerking tussen de akkerbouw en veehouderij onderschreven. Voorzitter Tineke de Vries van LTO Akkerbouw en Vollegrondsgroente spreekt over een win-winsituatie. ‘Akkerbouwers kunnen een groter areaal kapitaalsintensieve gewassen telen en veehouders hebben meer ruimte om hun mest kwijt te raken.’


Meer rust in bouwplan

Erwin Wunnekink, voorzitter van LTO Melkveehouderij, ziet ook vooral voordelen. Akkerbouwers kunnen volgens hem door samenwerking met melkveehouders meer rust inbouwen in hun bouwplannen. ‘Door een paar jaar gras te laten groeien, zorg je voor opbouw van organische stof, bodemvruchtbaarheid en binding van nutriënten.’

In de discussie rond grondgebondenheid zou de overheid wat Wunnekink betreft veel meer naar de samenwerking kunnen kijken. ‘Mest uit de veehouderij wordt volop ingezet op akkerbouwpercelen. De plaatsingsruimte is daarmee vele malen groter dan puur het land van de veehouder. Het is goed om dat mee te nemen in het beleid.’


Samenwerken tussen akkerbouwers en veehouders gaat over meer dan mest.
Samenwerken tussen akkerbouwers en veehouders gaat over meer dan mest. © Twan Wiermans

Bij beleidsmakers mist het besef om naar het grotere landbouwgeheel te kijken vanuit de kringloopgedachte, vindt De Vries. ‘Het beleid is nu te veel opgedeeld in hokjes. Bufferstroken, derogatie, GLB-premie, ecoregelingen. Er is zoveel onduidelijk dat we in de praktijk horen dat vooral veehouders kopschuw worden om mee te werken aan grondruil.’

In de Gecombineerde opgave moet een mogelijkheid komen om samenwerking als bedrijfssituatie aan te melden, bepleit De Vries. Akkerbouwers en veehouders die percelen uitruilen kunnen dan volgens haar als het ware als één gemengd bedrijf beoordeeld worden.


Andere beleidskeuzes

Als het gaat om de gezamenlijke aanpak, moeten er volgens Buijsse andere keuzes gemaakt worden in het beleid. Hij noemt het stimuleren van blijvend grasland daarbij een dogma. ‘In veenweidegebieden is dat een goede maatregel om koolstof in de bodem op te slaan. Maar op zandgrond is dat toch echt niet zo.’

Het is volgens Buijsse ook geen goede optie om grasland zomaar in te ruilen voor aardappelen. ‘Nee, in een samenwerkingsvorm moet je juist ook goed kijken naar een ander soort gewassen, waar de veehouderij weer wat aan heeft. Denk aan eiwitgewassen, waardoor er minder soja van buitenaf nodig is.’


Experimenteren in de regio

Het is belangrijk dat akkerbouwers en veehouders in de regio experimenteren met samenwerkingsvormen, vindt de onderzoeker ook. ‘Dat gebeurt in onze projecten. Na decennia zijn boeren dit ontwend geraakt. In Drenthe zijn altijd nog wel samenwerkingsvormen blijven bestaan, maar in andere regio’s is dat veel minder. Samenwerken leer je weer door ervaring op te doen en gewoon te beginnen. Daar is ook kennis voor nodig.’

In gebieden waar samenwerking tussen akkerbouw en veehouderij meer gemeengoed is, zoals in Drenthe en Zuidwest-Brabant, worden de voordelen onderkend ziet Wunnekink. ‘Dat toont wel aan dat het werkt.’ Het telen van eiwitgewassen door akkerbouwers, vindt hij nog ingewikkeld. ‘Op zandgronden kan het misschien. Maar op hoogrenderende gronden delven de eiwitgewassen als veldbonen toch het onderspit ten opzichte van akkerbouwgewassen die meer opleveren.’



Akkerbouwer Ger Evenhuis werkt altijd al samen met veehouders.
Akkerbouwer Ger Evenhuis werkt altijd al samen met veehouders. © Fotopersbureau Jan Anninga

‘Wetgeving maakt het niet makkelijker’


Akkerbouwer Ger Evenhuis uit het Drentse Schoonoord werkt altijd al samen met veehouders. Hij ziet tal van voordelen. ‘Maar wetgeving maakt het er niet makkelijker op.'

Evenhuis werkt in Drenthe mee aan de pilot samenwerking akkerbouw en veehouderij. Dat is niet nieuw voor hem. ‘Ik doe het altijd al en mijn vader ook al. Tot de jaren 60 had je veel kleine gemengde bedrijven op het Drents plateau. Vanaf toen zijn bedrijven zich meer gaan specialiseren, afhankelijk van op welke grondsoort je zat. Omdat het dicht bij elkaar zit, ontstonden er samenwerkingen.’

De akkerbouwer is blij dat hij over goede rundveemest kan beschikken. Hij teelt aardappelen en suikerbieten in rotatie met veehouders. Als rustgewas verbouwt hij krachtvoergewassen voor veehouders, zoals gerst.


Mais telen voor veehouders

Ook verbouwt Evenhuis mais voor veehouders, wat overigens geen rustgewas is. ‘Maar het is beter dan jaar op jaar mais verbouwen door de veehouder op hetzelfde perceel. Dit in een bouwplan inpassen is veel beter voor de bodem en biodiversiteit’, zegt Evenhuis.

Een voordeel van samenwerking is dat iedereen zijn eigen expertise inbrengt, vindt de akkerbouwer. ‘En het is positief voor de diversiteit van het landschap.’

Belemmeringen ziet hij op het gebied van administratie en regelgeving. ‘Het invullen van de Gecombineerde opgave is enorm ingewikkeld, zeker door het invullen van slootjes en landschapselementen. Het ene jaar moet ik ze invullen, het volgende jaar er weer uithalen en dan moet de veehouder ze weer invullen.’



Ap van der Bas, adviseur rundvee bij DLV Advies: 'Derogatie kan de samenwerking aanjagen.'
Ap van der Bas, adviseur rundvee bij DLV Advies: 'Derogatie kan de samenwerking aanjagen.' © Koos van der Spek

‘Blijvend grasland legt rem op uitruil grond’


Meer blijvend grasland als verduurzamingsmaatregel is een belangrijk knelpunt voor de samenwerking tussen akkerbouwers en veehouders, stelt rundvee-adviseur Ap van der Bas van DLV Advies.

‘Hoe meer blijvend grasland een veehouder aanhoudt, hoe minder grond hij kan rouleren met akkerbouwers.’ Van der Bas was betrokken bij een project voor samenwerking veehouderij-akkerbouw van DLV Advies, waarbij het functioneren van tien samenwerkingsverbanden in beeld is gebracht.

‘Uitgangspunt was sturen op een sluitende kringloop met productie van krachtvoer, verwerking van restproducten en toedienen van organische mest. Wij hebben gekeken naar het beperken van mineralenverliezen en milieu-impact, maar ook waar samenwerken kan knellen.’


Ook handig voor rustgewas

Waar blijvend grasland een rem legt op meer samenwerking ziet Van der Bas de afbouw van de derogatie en de verplichte teelt van rustgewassen juist als aanjagers. ‘Akkerbouwers moeten nu verplicht één keer in de vier jaar een rustgewas telen. Die verplichting kunnen veehouders overnemen door te roteren met gras, graan of veldbonen. Dat levert hun naast extra ruwvoer ook meer plaatsingsruimte op voor mest.’

Het GLB en kalenderlandbouw maken samenwerken ingewikkelder, merkt Van der Bas. ‘Voorheen was een-op-eenruilen relatief makkelijk. Nu bestaat een stuk land administratief soms wel uit tien percelen. Het uitgangspunt van samenwerken is dat je elkaar helpt, maar het is soms wel omslachtig.’



Melkveehouders Reind Katerberg ruilt grond met een akkerbouwer, wisselt mest uit tegen gerst.
Melkveehouders Reind Katerberg ruilt grond met een akkerbouwer, wisselt mest uit tegen gerst. © Jan Anninga

‘Dat gerst uit de regio komt, loont niet in Kringloopwijzer’


Melkveehouder Reind Katerberg uit het Drentse Diphoorn neemt onder meer gerst af van een akkerbouwer. ‘Maar voor de Kringloopwijzer loont dit niet. Of het nu uit het buitenland komt of uit de buurt, maakt niets uit.’

Katerberg vindt dat vreemd en zou graag zien dat dit soort zaken worden aangepast om regionale samenwerking te stimuleren. Ook ander beleid remt samenwerking eerder af dan dat het stimuleert. Net als anderen noemt hij ‘de verheerlijking van blijvend grasland’ een probleem. ‘Voor Planetproof is blijvend grasland belangrijk. En zonder blijvend grasland kun je deelname aan het Albert Heijn-keurmerk ‘Beter voor’ ongeveer wel vergeten.’

Volgens de melkveehouder is er inmiddels genoeg bewijs dat nitraatuitspoeling op zandgrond door omzetten van twee- tot vierjarig tijdelijk grasland naar bouwland minimaal is. ‘Dat speelt pas als een perceel een jaar of tien grasland is geweest.’


Jaarlijks overleg

De melkveehouder overlegt jaarlijks in het begin van het jaar met Ger Evenhuis, de akkerbouwer met wie hij samenwerkt. ‘We bepalen dan welke percelen geruild worden. Ook spreken we af hoeveel rundveemest hij van ons afneemt en hoeveel gerst ik van hem af wil nemen.’

De samenwerking begon in de jaren tachtig omdat Katerberg te weinig voer had voor de eigen dieren. Later kwam daar de mestafzet bij. Nu wordt ook gerst als krachtvoer afgenomen. ‘Daarnaast verzorgt Ger de teelt van onze voederbieten’, zegt Katerberg.

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Maandag
    19° / 8°
    40 %
  • Dinsdag
    18° / 10°
    20 %
  • Woensdag
    17° / 8°
    10 %
Meer weer