Nieuw licht op toekomst van Veenkoloniën

Boeren in de Veenkoloniën moeten hun bedrijfsvoering aanpassen. Klimaatverandering, toenemende plaagdruk en andere maatschappelijke behoeften dwingen daartoe. Het project 'Boerderij van de Toekomst' biedt inzicht.

Nieuw+licht+op+toekomst+van+Veenkoloni%C3%ABn
© Wageningen University en Research

Het Innovatiecentrum Veenkoloniën in Valthermond werkt sinds april vorig jaar aan het project 'Boerderij van de Toekomst'. Dat richt zich op een toekomstgericht bedrijfssysteem in de Veenkoloniën. Op het proefbedrijf in Valthermond worden diverse innovaties samengebracht die veenkoloniale boeren moeten helpen om de transitie naar een duurzame, toekomstbestendige landbouw te maken.

In Valthermond is 10 hectare ingeruimd om een fieldlab aan te leggen, laat projectleider Johan Booij van Wageningen University & Research (WUR) zien. Samen met projectleider Brenda Timmerman-Pals hoopt hij boeren in de Veenkoloniën de komende jaren antwoord te kunnen geven op vragen over hoe zij hun bedrijfsvoering het beste kunnen aanpassen aan de veranderende omstandigheden.


Specifieke kenmerken

Booij: 'Op de Boerderij van de Toekomst in Lelystad doen we dat al vier jaar. Maar elke regio heeft specifieke kenmerken en uitdagingen. De WUR heeft daarom een ontwerp voor de Veenkoloniën gemaakt.'

We zoeken een breder bouwplan om de weerbaarheid te vergroten

Johan Booij, onderzoeker en projectleider bij Wageningen University & Research

De projectleider noemt de eigen grondslag in de Veenkoloniën de belangrijkste uitdaging. De dalgronden bestaan uit zand en veen in telkens een andere samenstelling, wat het boeren extra lastig maakt.

Booij: 'Als je het van boven bekijkt, wordt het duidelijk: het is een veelkleurige lappendeken van droge zandkoppen en natte humeuze stukken die maken dat het door nattere en drogere periodes steeds uitdagender wordt om daar goed op te boeren. Daarnaast merken we dat de bodemstructuur steeds slechter wordt, de bodem snel uit elkaar valt en makkelijk kan verstuiven.'


Rustjaar

Een van de onderzoeken gaat daarom over het invoeren van een rust- of 'boostjaar' voor een perceel. Dat kan op den duur wel eens meer opleveren dan het blijven doorboeren met veel input, denkt Booij.

Timmerman, zelf ook akkerbouwer in Roswinkel, voegt daaraan toe dat ook door een toenemende maatschappelijke vraag naar extensivering de huidige gewasrotatie steeds meer onder druk komt te staan.

'Van een een-op-tweeteelt zoals in zetmeelaardappelen gebruikelijk was, gaat het steeds meer naar een een-op-driebouwplan of zelfs een-op-vier. In die trend van extensivering willen we de sector meenemen. Verandering kan en hoort ook bij het ondernemen. Maar wat doet zoiets met het inkomen van de boer? Daar hopen we de komende tijd antwoorden op te vinden.'


Kwetsbaarder

De combinatie van een teelt van rooiproducten – aardappelen, uien en suikerbieten – in een intensief bouwplan op uitdagende gronden maakt de akkerbouw in de Veenkoloniën steeds kwetsbaarder, waarschuwen de twee projectleiders.

'De bodemstructuur gaat achteruit: droge stukken worden droger, natte delen natter en daarnaast neemt de plaagdruk toe. Zoals van aardappelmoeheid (AM), omdat van een aantal aardappelrassen de AM-resistentie is doorbroken. Dat geeft bij elkaar dat de uitdagingen steeds extremer worden. Om de weerbaarheid te vergroten moeten we met elkaar op zoek naar onder andere een breder bouwplan', zegt Booij.


Alternatieve gewassen

Timmerman: 'Het verdienvermogen kwam tot voor kort voor een groot deel uit de traditionele gewassen. Daar moeten we door de veranderende omstandigheden alternatieven voor zoeken. De opzet is dat het inkomen van de boeren dan zoveel mogelijk uit de markt moet komen. Subsidies en toeslagen kunnen lucratief zijn, maar we zoeken liever marktgestuurde oplossingen.'

Het fieldlabperceel in Valthermond wordt daar nu voor ingericht. Zo worden er allerlei metingen gedaan aan de biologische en fysische kenmerken van de bodem en op basis daarvan keuzes gemaakt welke teeltmaatregelen worden genomen. Ook moeten de metingen uitwijzen welke grondverbeteringen, zoals drainage of spitten, kunnen worden gedaan.


Johan Booij en Brenda Timmerman coördineren het project 'Boerderij van de Toekomst' in de Veenkoloniën.
Johan Booij en Brenda Timmerman coördineren het project 'Boerderij van de Toekomst' in de Veenkoloniën. © Harry Tielman

Verder worden demovelden aangelegd met 'nieuwe' gewassen ingezaaid op kavels van 80 bij 80 meter. Denk aan kruiden en vezelgewassen als biobased grondstof, bijvoorbeeld voor de bouw. Maar ook een proef met een knolgewas als yacon, een aardappelachtige plant die patiënten met suikerziekte goed kunnen verteren. Aan de hand van deze percelen wordt met boeren en andere gebiedspartijen gediscussieerd over perspectiefvolle teelten.


Aangepast peilbeheer

Ook wordt uitgezocht wat het effect is van aangepast peilbeheer en wat je het beste kunt doen met te natte stukken land om er toch nog rendement uit te halen.

'Je moet dan denken aan ecosysteemdiensten, bijvoorbeeld voor het waterschap, waar dan uiteraard wel een vergoeding tegenover moet staan', stelt Booij. Hij wijst erop dat het peilbeheer nu is ingesteld op het tegengaan van natschade, maar dat de tendens is om via peilverhoging water langer vast te houden.


Al met al denken de projectleiders dat de huidige landbouw in de Veenkoloniën niet is vol te houden. 'Er is van diverse kanten een toenemende druk om het anders te doen. Niet alleen vanuit de samenleving, maar ook door klimaatverandering. Dat vertaalt zich in beleid en regels, of in wateroverlast, plagen en schimmels. Het nog twintig jaar doen zoals nu gaat het niet meer worden', stelt Booij.

Timmerman: 'De drang naar meer duurzaamheid wordt echt niet minder. De sector is zichtbaar. Laten we samen de goede dingen doen en dat uitdragen. Dat werkt naar beide kanten.'


Op weg naar een toekomstbestendige akkerbouw

Het project 'Boerderij van de Toekomst' in de Veenkoloniën richt zich op een toekomstgericht bedrijfssysteem voor de Veenkoloniën. Op het proefbedrijf in Valthermond worden diverse innovaties samengebracht die een bijdrage kunnen leveren aan de transitie naar een duurzame, toekomstbestendige landbouw in het gebied. Projectleider Johan Booij: 'In plaats van onderzoek naar een deelonderwerp komen in dit project elementen uit alle innovatiethema's samen in een ontwerp voor een toekomstbestendige akkerbouw op dalgrond. Denken vanuit uitdagingen naar oplossingen in een breed perspectief maakt dit project zo leuk.' Na het in kaart brengen van zoveel mogelijk uitdagingen voor de akkerbouwer in 2030 verkent het project samen met akkerbouwers, adviseurs, waterschappen, het groen onderwijs en andere gebiedsbelanghebbenden de mogelijke oplossingsrichtingen. Afgelopen zomer gebeurde dat in dialoogsessies op de jaarlijkse Innovatiedagen. Daar komen boeren kijken naar de laatste ontwikkelingen op onderzoeksgebied. De stemming onder de boeren in de Veenkoloniën is positief-kritisch, zegt projectleider Brenda Timmerman-Pals. 'Je ziet dat de wil er is, maar dat het nog zoeken is naar de weg ernaartoe. Wij kunnen dan schetsen wat wel en wat niet gaat.' Het project 'Boerderij van de Toekomst' in de Veenkoloniën is een project van Wageningen University & Research, gefinancierd met Europese middelen voor plattelandsontwikkeling. Het project loopt vooralsnog tot 2025, maar intussen wordt al gewerkt aan een vervolg.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    17° / 7°
    90 %
  • Zondag
    16° / 9°
    20 %
  • Maandag
    17° / 8°
    70 %
Meer weer